De broertjes Jad en David Fair geven niet op. Ze mogen Half Japanese dan wel al in 1974 hebben opgericht, ze blijven doorgaan. Niet alleen met deze band, ontstaan in hun slaapkamer thuis waar ook de eerste platen werden opgenomen. Onder eigen naam maakt Jad Fair eveneens nog steeds de ene plaat na de andere, al dan niet met de hulp van zijn broer of andere gelijkgestemden. Niet dat David Fair altijd mee doet. Hij is altijd degene van de twee broers geweest die zich liever wat op de achtergrond hield. Zodoende bestaat Half Japanese voor deze plaat uit Jad Fair, John Sluggett, Gilles-Vincent Rieder, Jason Willett en Mick Hobbs. Het is een stel dat regelmatig opduikt in de entourage van Jad Fair, die zoals gewoonlijk ook deze keer voor de tekening op de hoes heeft gezorgd. Vijftien nieuwe liedjes staan er op ‘Invincible’, die nog net zo als outsidermuziek klinken als de band altijd al heeft geklonken. Een beetje uit de toon dus, met veel noisy elementen en teksten over vampiers, mensen als poppen en wandelende doden die incarneren in rare insecten. Of toch in die trant. ‘Return Of The Vampire’ is zo’n typisch voorbeeld van de gekke Fair-wereld. ‘No More’ is bijna een standaard popnummer met een aanstekelijke melodie. Het merendeel is echter een beetje krakkemikkig, zoals het bij deze band hoort. ‘Forever In My Heart’ is potdorie een liefdesliedje, wat alleen maar aan geeft dat Fair nog steeds in grote doen is en gewoon zichzelf is gebleven doorheen de jaren, adoratie van Kurt Cobain of niet. Sterk is vooral dat er opnieuw geen enkel zwak moment valt te bekennen. ’s Mans inspiratie is onuitputtelijk en hij noemt zichzelf, met een knipoog uiteraard, verdiend onoverwinnelijk.