The Mad Laboratory Of Anti-Matter - (c) Geert Vandepoele

Summer Bummer – Dag 2

We besluiten om er op dag twee al vroeg te zijn – het tijdschema is bijzonder strak dit jaar, waardoor je altijd het risico loopt een jaarlijkse ontmoeting met een paar usual suspects te missen. En met een beetje geluk ontmoet je wel een nieuwe kameraad. Enter de lichtjes excentrieke verschijning Gary uit Hove, VK, die ons iedere keer dat we hem treffen doorheen de dag verhalen vertelt over gesprekken met Ornette Coleman, Evan Parker en Derek Bailey. Helaas drukte Gary ons op het hart dat er over de muzikale onthullingen van die heren niet gecommuniceerd mag worden. Dan op Summer Bummer maar op zoek naar onze eigen openbaringen…

Clara Levy, Jasmijn Lootens

Toevallig hadden we de Belgische celliste Jasmijn Lootens nog maar een week voor Summer Bummer aan het werk gezien. In een kwartet met Joachim Badenhorst speelde ze op het gecontesteerde maar prachtige Palestina-benefiet in De Blikfabriek. Palestina zou later vandaag een thema worden dat er nog minstens één keer stevig zou inhakken op deze Summer Bummer. Maar Lootens speelde ook vorig jaar al twee concerten op Summer Bummer: één als onderdeel van Martin Küchens Angles voor de première van ‘The Death Of Kalypso’, en één in Nils Vermeulens Nemø Ensemble. De Franse violiste Clara Levy is wél aan haar Oorstof-debuut toe. Het duo begint hun concert – het eerste dat ze samen spelen – uitermate stil, met schriele en hoge klanken. Hele rustige golven, kabbelend bijna, maar er zit een grote verwachting in de stilte. Pas als Lootens de eerste keer de basfrequenties van haar cello aansnijdt, reageert Levy met lange viooluithalen en gaan ze samen de diepte in. Die oefening – samen energie tanken in de rustige passages en die energie vervolgens weer loslaten in de piekmomenten – zullen ze nog een paar keer herhalen. Het voelt niet als een truukje, maar als een succesvolle manier om van een meditatieve staat naar een meer uitzinnige vorm van transcendentie te bewegen. Vlak voor het einde van de set laat Lootens een snaar hard tegen haar toets knallen – zowaar een slap, om Red Hot Chili Peppers-termen te gebruiken – en Levy antwoordt met de vioolversie van die slap. Het is de opmaat voor een korte finale, waarna Lootens en Levy helemaal uitfaden, totdat er alleen nog maar beweging zichtbaar is, maar er niks meer te horen valt.

Clara Levy, Jasmijn Lootens - (c) Geert Vandepoele
Clara Levy, Jasmijn Lootens – (c) Geert Vandepoele

Sakina Abdou

Sakina Abdou is een Franse saxofoniste die eerder dit jaar al met haar Rijselse stadsgenoot Peter Orins aantrad in de Oorstof-serie. Dat ze toen zwaar indruk maakte, kunnen we u wel vertellen. Blijkbaar dacht het team achter Summer Bummer daar net zo over, want vandaag mag Abdou een soloset komen spelen. En dat doet ze met veel kracht en charisma. Abdou start met een reeks vurige lange uithalen, met grillige patronen en telkens een korte pauze ertussenin. Na een korte onderbreking door een microfoonprobleem schakelt Abdou over op lange drone-tonen, alsof dat technische euvel ingecalculeerd was als overgang naar een volgende deel van de set. We krijgen door circular breathing aangestuurde lange en diepe droneklanken, af- en aanrollend en afgewisseld door hoge uithalen, waarbij Abdou de toon van haar sax voor zich laat spreken. Een tweede keer duikt het microfoonprobleem op. Abdou lacht het weg, stoot een luide ‘SHIT’ uit en schakelt over op afwisselend schrille en zoete tonen en korte sierlijke lijntjes, wat een heerlijk, verontrustend contrast oplevert. Lieflijk én abrasief, schattig én pijnlijk. Vliegensvlugge riedels, afgewisseld met kreetjes, die dan weer doen denken aan hoe Cel Overberghe gisteren zijn spel met blafgeluidjes opsmukte.

Een paar dagen later is de cirkel rond, wanneer Overberghe op zijn facebookpagina bij een foto van Abdou schrijft: ‘Prachtige sound! Straffe madam!’.

Sakina Abdou - (c) Geert Vandepoele
Sakina Abdou – (c) Geert Vandepoele

The Mad Laboratory Of Anti-Matter: Nadia Daou, Paed Conca

Kameraad W. had het ons al een paar keer stevig ingewreven: ‘Dat concert van Nadia Daou in Het Bos, die keer toen Legowelt niet kwam opdagen, dát had je moeten zien.’ Paed Conca hadden we dan weer twee Summer Bummer-edities geleden met Praed Orchestra het kot op stelten zien zetten, met een rollercoaster van een moderne, lichtjes schizofrene Middenoosterse big band. Vanavond treedt het duo op in hun hoedanigheid van The Mad Laboratory Of Anti-Matter.

Daou, een Palestijnse keffiyeh om de heupen gebonden – géén detail – zet een stemsample in loop en zingt zelf woordeloze zang, terwijl Conca zijn klarinetspel met effectpedalen bewerkt. Daarnaast heeft Daou een kleine percussieset op haar tafel staan, waarbij ze onder andere met een strijkstok over metaal strijkt, terwijl Paed een oriëntaalse melodie blaast. Met minimale middelen bouwt Daou haast ongemerkt een verzengende groove op en op een bepaald moment gooit ze er een mantra uit, dat ze door een looppedaal haalt: ‘boys with their pants down / I will never forget / punishment and power’. Het voelt goed aan dat De Muziek weer politiek wordt, zoals dat vorig jaar op Summer Bummer ook bleek bij Mike Reeds Separatist Party, met Marvin Tate op vocalen. De sfeer wordt nog militanter als Daou met haar microfoon voor de monitor feedback uitlokt, en de set eindigt in een industrieel aandoende percussief kletterende dreun.

Na de bis spreekt Daou – duidelijk geëmotioneerd – het publiek toe. Ze draagt het concert op aan de overleden Palestijnse jongeman die enkele dagen voordien werd gevonden in het Antwerpse Stadspark, handen en voeten gebonden: ‘I see you, you see us,’ klinkt het. Zelden klonk een applaus zo doorvoeld.

The Mad Laboratory Of Anti-Matter - (c) Geert Vandepoele
The Mad Laboratory Of Anti-Matter – (c) Geert Vandepoele

Cellule d’Intervention Metamkine: Jérôme Noetinger, Christophe Auger, Xavier Quérel

La Cellule d’Intervention Metamkine is het Franse audiovisuele collectief van Jérôme Noetinger, Christophe Auger en Xavier Quérel, dat ontstaan is in Le 102, een kraakpand in Grenoble. De performance belooft iets speciaals te worden. Naar goede gewoonte komt Summer Bummer-honcho Koen Vandenhoudt hoogstpersoonlijk al het publiek van het terras van Trix plukken, maar dit keer is er een waarschuwing bij: binnen is binnen, want de club zal pikdonker zijn en laatkomers komen er niet meer in, om de ervaring niet te vergallen. Slecht nieuws voor onze nota’s, goed nieuws voor de experience.

De Cellule serveert een ouderwetse audiovisuele trip, compleet met ratelende projectoren en heftig doordenderende en nu en dan ontsporende synthgeluiden. De visuals zijn lo-fi en vuig, net zoals het geluid dat is. Hier en daar herken je een (schaduw van) een menselijk figuur of een klank die van een synth zou kunnen komen, maar door de band is het beeld- en geluidsmateriaal volstrekt abstract.

Pas als de zaallichten weer aangaan krijgen we een beetje een idee waar al die korstige geluiden en projecties vandaan kwamen: we zien audiotapes die rondom statieven zijn gewikkeld om loops te maken en een kleine collectie 16mm-projectoren die blijkbaar parallel op het scherm hebben geprojecteerd.

Cellule d’Intervention Metamkine - (c) Geert Vandepoele
Cellule d’Intervention Metamkine – (c) Geert Vandepoele

Cellule d’Intervention Metamkine 2 - (c) Geert Vandepoele
Cellule d’Intervention Metamkine – (c) Geert Vandepoele

M. Takara, Carla Boregas

Samen met Rob Mazurek en Guilherme Granado, is Mauricio Takara São Paulo Underground. Carla Boregas is dan weer de helft van het Braziliaanse postpunkduo RAKTA, waar ook Takara wel eens op de loonlijst verschijnt.

Op Summer Bummer opereren ze als duo. Geen première, want ze hebben samen al twee langspelers uitgebracht. Boregas – belangrijkste instrument een Roland Gaia-synth – legt diepe synthbaslijnen, waarop Takara met los drumspel en licht cymbalenwerk antwoordt. Atmosferische samples en fieldrecordings maken het plaatje volledig. In een tweede stuk gaat Takara nog harder de swingende toer op, met lichte rimshots en frivool cymbalenspel. Stilaan worden de synthsounds glitchier en het drumspel abstracter. Wanneer Takara een houten fluit bovenhaalt en etnisch getinte handpercussie, en Boregas haar synth laat tsjirpen, krijgt de set iets van een abstract hoorspel. Atypisch en trippy, en daardoor perfect in het Summer Bummer-verhaal passend.

M. Takara, Carla Boregas - (c) Geert Vandepoele
Mauricio Takara, Carla Boregas – (c) Geert Vandepoele

Farida Amadou, Heather Leigh

Begin dit jaar speelden de Belgische bassiste Farida Amadou en de Schotse pedalsteel-speelster Heather Leigh in een kwartet met Zoh Amba en Hamid Drake, op het eerbetoon aan Peter Brötzmann in het Londense Cafe OTO. Zowel Amadou (2019) als Leigh (2017) speelden in het verleden ook aan Brötzmanns zijde op Summer Bummer.

Leigh opent met woordloze zang en lyrische pedalsteel-lijnen, terwijl Amadou haar bas op de knieën neemt, over de snaren wrijvend. Wanneer Amadou overschakelt naar dikke notenclusters gaat Leigh aan de slag met een distortionpedaal, en vrij rondvliegende klanken. Abstracte bas wordt gecombineerd met engelachtige zanglijnen. Naar het einde toe gaat Amadou nog aan de slag met een delaypedaal dat random loopjes produceert, waardoor haar bas in een soort onvoorspelbare drumcomputer verandert. Een enkele keer voel je dat Leigh en Amadou op zoek moeten om met hun tweeën het hele spectrum vol te spelen, maar dan is daar toch weer snel een wonderlijke tokkel van Amadou, die op en neer gaat langsheen de hals van haar bas, en voegt Leigh een zoveelste spacey lapsteel-lijn toe. Mooie, gedurfde set.

Farida Amadou, Heather Leigh - (c) Geert Vandepoele
Farida Amadou, Heather Leigh – (c) Geert Vandepoele

Ava Mendoza

Na het concert van Leigh en Amadou raken we nogmaals in gesprek met Gary, zodat we het begin van Ava Mendoza’s set missen. Mendoza is een gitariste die recent in Bill Orcutts Guitar Quartet speelde, maar ook al samenwerkte met Matana Roberts, William Parker, Fred Frith, Malcolm Mooney, Nels Cline en Negativland.

Wanneer we uiteindelijk toch bij Mendoza’s show binnenstuiken, is die bezig aan een howly blues-song. Wat daarna komt is full-on kubistisch gitaargeweld, in feedback, loops en effecten gedrenkt, compleet met finger-tapping en samples. Voordat ze de afsluitende song inzet, legt Mendoza het concert even stil om uitgebreide bindteksten te verzorgen, waarin ze het verhaal vertelt over de nummers die ze al speelde: ‘Cypress Crossing’, waarin ze het heeft over de verschillende soorten cipressen en hun rituele functie in culturen over de hele wereld en ‘Pink River Dolphins’, dat ze opdroeg aan haar vriendin jaimie branch.

Ava Mendoza - (c) Geert Vandepoele
Ava Mendoza – (c) Geert Vandepoele

Fire! Orchestra CBA

‘De stomste muziek die ik in mijn hele leven gehoord heb!’, zo luidden de aanmoedigende woorden die Peter Brötzmann – rust vredevol, prachtige brompot – aan Mats Gustafsson toevertrouwde, nadat hij een concert van Fire! Orchestra had moeten doorstaan. Nou, dat wilden wij niet missen.

Het Fire! Orchestra van tien jaar geleden – tussen de 19 en 29 leden die samen tourden – is anno 2024 ecologisch en economisch niet meer haalbaar. In de plaats daarvan touren Gustafsson en bassist Johan Berthling vandaag met een kerngroep van zes leden – violiste Anna Lindal, trombonist Mats Äleklint, toetsenist Alexander Zethson en drummer Mads Forsby – die onder de titel Fire! Orchestra CBA (Community Based Action) met lokale muzikanten en muzikanten die op dezelfde affiche staan wordt aangevuld. Voor de openende set gisteren waren dat twintig kinderen. Vanavond zijn dat Lia Kohl, Steve Marquette, Alison Chesley, Cel Overberghe, Ornella Noulet, Adia Vanheerentals, Sakina Abdou, Clara Levy, Jasmijn Lootens, Nadia Daou, Paed Conca, aangevuld met een aantal studenten van het Antwerpse conservatorium. In totaal tellen we negen blazers, vier cello’s en vier gitaren, twee violen, een drum, een bas, een vleugelpiano plus synth, een harp, een accordeon en een tafel vol elektronica.

Opvallend: het gebrachte oeuvre overlapt deels met de tracks die het Fire! Orchestra CBA kinderensemble gisteren bracht, en Gustafssons dirigeertechniek is bijna één op één gelijk. Maar meer nog dan voor zijn orkest-du-jour heeft Gustafsson oog voor een jongen die op de eerste rij zit – één van de jonge klarinettisten die gisteren in het Fire! Orchestra Kids speelde – het hele eerste nummer blijft hij oogcontact zoeken met dat achtjarige joch, dat het tot bijna middernacht heeft uitgehouden. Eerder op de dag vertrouwde Gustafsson ons nogmaals toe dat hij tot tranen toe ontroerd was door de dappere prestaties van het kinderensemble gisteren.

Anderhalf uur lang zal Fire! Orchestra CBA nog spelen als een perfect gerodeerde machine, een feest ter ere van de Riff, een muzikaal vreugdevuur. Het orkest, dat een paar dagen gerepeteerd heeft, speelt alsof ze al jaren samen optrekken. Gustafsson duidt solisten aan, in groepjes of apart, laat muzikanten de solist naspelen wiens solo hem het meest bevalt, en doet iedereen op gestelde tijden terugkeren naar de afgesproken riff. Het orkest reageert uitermate gedisciplineerd, al denken we één keer iemand te betrappen op spelen zonder dat hij expliciet aangeduid is: die dekselse Cel Overberghe.

Mooi moment: helemaal aan het einde van de set krijgt toetsenist Alexander Zethson eindelijk zijn solo toegewezen, en die brengt hij op de vleugelpiano van Fred Van Hove, die sinds diens overlijden deel uitmaakt van de backline van Summer Bummer en Sound in Motion.

Na anderhalf uur zijgen we neer, dankbaar dat Gustafsson heeft doorgezet, ondanks Brötz’ nagelharde oordeel.

Fire! Orchestra - (c) Geert Vandepoele
Fire! Orchestra – (c) Geert Vandepoele

Met zoveel muzikanten uit Chicago op het terrein, dient het niet te verwonderen dat er bij de causerieën na afloop duchtig herinneringen opgehaald worden aan muzikale vrienden die ons sinds de vorige edities verlaten hebben – jaimie branch, Mars Williams en Steve Albini, om alleen maar de Chicagoans te noemen. Maar die gedeelde smart is de lijm waarmee nieuwe kameraadschappen worden gesmeed.

Dat we nog op de jaarlijkse vrijwilligersfoto geduwd worden – als deel van het tolkenteam bij Fire! Orchestra CBA Kids – wringt een beetje met ons journalistieke ethos: begint dit niet een beetje op embedded journalism te lijken? Maar uiteindelijk is het zoals presentator Guy Peters het in zijn laatste aankondiging stelde: dit kleine nichewereldje draait helemaal op community: zonder de vrijwilligers die afwassen een leuke bijdrage aan de scene vinden en de vriendelijke reus die met zichtbaar plezier de inkomstbandjes controleert, is het gedaan met de underground. Geen sprake van akelige G4S-buitenwippers op Summer Bummer, en zo is het maar net goed.

We gaan naar huis met minstens vijftien mooie muzikale herinneringen op zak, en – zo zal 36 uur later blijken – een stevige dosis COVID-19 onder de leden.

tekst:
Stijn Buyst
beeld:
The Mad Laboratory Of Anti-Matter - (c) Geert Vandepoele
geplaatst:
di 17 sep 2024