Wolf Parade, dat is eigenlijk het mystieke muzikale huwelijk tussen de nerdy uitziende Spencer Krug en Dan Boeckner. De man die geweldig veel rock-’n-roll uitstraalt. Dat duo werd in hun topjaren aangevuld met Hadji Bakara, Arlen Thompson en Dante DeCaro. De creatieve explosie leidde in het eerste decennium van deze eeuw tot geweldige albums zoals ‘Apologies To The Queen Mary’ en zeker ‘At Mount Zoomer’. Na ‘Expo 68’ was het vet van de soep en ging de groep voor lange tijd in de koelkast. Krug ging verder met Moonface en Boeckner ging er helemaal voor met zijn toenmalige vrouw Alexei Perry in Handsome Furs. Toen die laatste band niet alleen muzikaal, maar ook persoonlijk uit elkaar spatte dook Wolf Parade terug op. Dit is het tweede album sinds die reünie. Nog altijd mixen ze hun voorliefde voor synthesizers met hoekige indierock. Krug en Boeckner nemen nog altijd afwisselend de zang voor hun rekening. Nog altijd zoeken ze in de teksten naar bestaansredenen in een dystopische wereld. En toch voelt deze plaat te normaal aan. Je herkent de manier waarop de songs zijn opgebouwd. Je hoort een zoekende band. Het album is al een pak beter dan voorganger ‘Cry Cry Cry’, maar het niveau van die eerste twee platen? Nee, dat zit er niet meer in. Nu, ook goed, dan kunnen we die blijven koesteren.