‘Wholly Wholly’ is alweer het vierde album voor de Deen Bastian Kallesøe. In 2011 debuteerde hij met The New Spring, net als al zijn albums op Tambourhinoceros . Hij nam die plaat toentertijd nog op in zijn eigen appartement en de liedjes behelsden een intensieve studie naar wat liefde kan zijn, in zijn breedste betekenis.
Voor de opvolger ‘Secret Armor’ (2012) koos hij voor een meer experimenteel geluid, waarbij piano en percussie een grote rol mochten spelen. ‘Late Bloomer’ (2014) betekende zijn eerste samenwerking met producer Jens Ramon Murga Meinert (Figurines) waarmee hij terugkeerde naar de bron van folk in zijn meest pure vorm.
Nu nam hij opnieuw Meinert aan zijn zijde om opnieuw een andere weg in te slaan. Kallesøe kiest deze keer namelijk om zich te laten bijstaan door een echte band, waarbij producer Meinert keyboards speelt. Drummer Mads Risvang Muurholm, bassist Joachim Stidsen Kollerup, violiste Mathilde Bagger-Larsen en achtergrondzanger Søren Lilholt zorgen voor een vol geluid. Een geluid dat verwijst naar de jaren 1970 folkrock, maar net zo goed wat doet denken aan de verstilde nummers van Felt en The Monochrome Set. In ‘Ballad Of The Unseeing Eye’ tapt de Deen zelfs uit een Penguin Café Orchestra-vaatje, wat de veelzijdigheid alleen maar extra in de verf zet.
‘Wholly Wholly’ is dan ook een verfrissend folky singer-songwriterplaatje.