Neither/Neither

The Black Dog was een van een handvol elektronische acts met een volkomen eigen geluid waar Warp Records begin jaren 1990 haar reputatie mee vestigde. ‘IDM’ werd de, door de artiesten gehate, naam voor het genre (‘luistertechno’ was niet veel beter). Op de eerste albums combineerde The Black Dog techno met invloeden uit latin, jazz, hiphop, klassiek, ambient en diverse andere elektronische genres. Nadat twee leden zich afsplitsten en verder gingen als Plaid, bleef Ken Downie over. In 2005 werd de band weer een trio bestaande uit Downie en Martin & Richard Dust, en schoof het geluid van op naar pure techno – al is dat natuurlijk al lang een parapluterm waar een enorm scala aan stijlen onder valt. ‘Neither/Neither’ begint als een echo van ‘Music For Real Airports’ (2010): elektronische mood music. Als er een beat is, is het ritme statig, bedoeld voor de headspace, niet de dansvloer. De productie is perfect, zoals je van veteranen als deze mag verwachten. Waar Plaid of Boards Of Canada het moeten hebben van de analoge warmte, klinkt The Black Dog vaak digitaal, wat voor een cinematisch ‘voorbijtrekkende-stad-bij-nacht’-sfeer zorgt – gelukkig zonder vals dramatisch te worden. Net als op ‘Further Vexations’ put de band inspiratie uit de surveillancemaatschappij. Op de hoes prijkt William Burroughs’ beroemde quote over een wereld die ‘nothing short of a total information war’ is. Het zet de toon, maar naarmate de plaat vordert, richt de band zich steeds meer op de beats. Strakke, gedreven minimale techno, in dezelfde stijl als ‘Liber Dogma’ (’09), en recent werk van bijvoorbeeld Helena Hauff. Het einde is daarmee minder bijzonder dan het begin, maar binnen de IDM-revival (zie bijvoorbeeld Lakker) is ‘Neither/Neither’ helemaal op zijn plaats.

tekst:
Maarten Schermer
beeld:
The_Black_Dog_NeitherNeither
geplaatst:
di 30 okt 2018

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!