‘Synecdoche’ is het vierde album van de uit Sardinië afkomstige Eugenio Caria, die muziek uitbrengt onder de projectnaam Saffronkeiras. Op zijn vorige plaat ‘ Cause And Effect’ werkte hij voor het eerst in zijn muzikale loopbaan samen met een buitenstaander. Trompettist Mario Massa trad op als gast en is tevens de catalysator voor Caria’s nieuwste worp. Massa deed hem namelijk inzien dat zijn muziek baat heeft bij het gebruik van een aantal gasten. Zeven van de negen nummers bestaan dan ook uit samenwerkingen met artiesten van divers pluimage. Een aantal artiesten uit de eigen Denovali-stal geven acte de présence: Field Rotation, Sebastian Plano, Subheim enWitxes, die twee keer mag aantreden. Daarnaast mogen ook Siavash Amini & Idlefon en de leverancier van de meest bijzondere track op de plaat Mia Zabelka een bijdrage leveren. Veel van de nummers baden in de typische sound van Denovali. Kabbelende drones en ambient versierd met veel franje en tierelantijntjes. Uitschieters zijn echter het dubby ‘Paragdiamtic’ met Subheim en de met een Diamanda Galás-stem en heerlijk storende vioolklanken bijdrage van Zabelka in het Lovecraftiaanse ‘Chtonian’. Met een resultaat als dit kan Caria bijna niet anders dan blijvend gelijkgezinden betrekken bij zijn avontuur. De Griekse Berlijner Subhem heeft net ook zelf zijn derde plaat uit. Net op tijd alvorens mogelijk een strenge winter intreedt, want dat is de sfeer die ‘Foray’ uitstraalt. Duisternis, eenzaamheid, kilte die alleen door warme, met de kachel opgestookte pianoklanken en field recordings kan worden verdreven. Elektronische en akoestisch geproduceerde geluiden worden met elkaar verweven en gesmeed tot een soort ambient die teveel melodie en veranderingen kent om het te zijn. Zo ligt ‘Alone’ wat in de lijn van het werk van Mark Snow (je weet wel, X-Files) en krijgen we zowaar een new wave zwijmelstem te horen in ‘Red Ridge’. Trage drums, hypnotiserende ritmes en invloeden uit techno en triphop kleuren de plaat bij tot het geen bitterkoude winterwandeling maar een aangenaam dronken winteravond voor fijnproevers wordt. Hoe dieper we graven in ‘Foray’, hoe veelzijdiger de plaat gaat klinken. De rode draad lijkt wel de aanhoudende verandering en vernieuwing, inherent aan de evolutie van de natuur, de ruimte, het universum en verder. De Berlijnse Griek poogt emotie in zijn muziek te leggen, om niet zomaar een vrijblijvend klankentapijt boordevol wonderlijke geluidjes neer te zetten. Missie geslaagd.