Madeiradig is een festival voor mensen die niet van festivals houden. Dat had Michael Rosen, organisator van dit – euh – niet-festival voor ogen. Op een zonnige locatie en met muziek gebracht in een sublieme setting.
Rosen had geen zin in overvolle supermarktprogramma’s, lauw bier uit plastic bekers die je hebt bemachtigd na een half uur in de stinkende poel voor de bar aan te schuiven, halfbakken friet waarbij je aders instant dichtslibben en luidruchtige campings waarbij je tent voornamelijk als pispaal fungeert. Dus besloot hij het anders aan te pakken.
Kleinschalig
Het is moeilijk te schrijven over een festival als Madeiradig zonder te vervallen in clichés bijeengesprokkeld uit reismagazines die je in dokters-wachtkamer vindt. Niet op een weide van de locale manège, maar in Ponta do Sol. Madeira staat bekend om het beste klimaat van Europa in de winter (lees: meeste zon). Voor wie overigens met andere zaken bezig was tijdens de aardrijkskundeles: het is dat eiland in de Atlantische oceaan zo’n 600 km ten westen van de Afrikaanse kust, ter hoogte van het Marokkaanse Marrakesh. Acht jaar geleden nam Rosen een festival over dat al drie jaar plaatsvond in het nabijgelegen Funchal. Samen met de bereidwillige eigenaar van het prachtige designhotel Estalagem da Ponta do Sol – die hij via zijn day job kende – begonnen ze het kleinste festival ter wereld.
Dat je dat vrij letterlijk mag nemen, blijkt uit de bezoekersaantallen van de eerste editie. Het auditorium in het Casa das Mudas Arts Centre in het nabijgelegen Calheta waar de concerten plaatsvinden bevatte naast de artiesten welgeteld tien bezoekers, waarvan vijf op de gastenlijst. Nu, acht edities later, staat de teller op zo’n 150 bezoekers, wat meteen de maximale capaciteit van dat auditorium, is.
Nieuwe vrienden
Het begint met wat vrienden, die nemen er ook weer wat het jaar daarop, en voordat je het weet heb je tent vol met maten en collega’s en wordt er ook duchtig genetwerkt. Zoals Daniel en Jenny uit Dublin die op aanraden van vrienden kwamen en omdat ze ervan houden om op vreemde plekken naar concerten te gaan die je elders niet kunt beleven. Of Erik en Houda uit Brussel – de enige andere Belgen – die eigenlijk naar een festival in Berlijn wilden gaan, maar via Berlindigital op Madeira terechtkwamen, nu al voor de derde keer. Of de Hamburgse curator Doro die al een reeks concerten tijdens de zomer cureerde in Estalagem en erbij wilde zijn tijdens deze editie van Madeiradig.
Hoewel je ervoor kunt kiezen je terug te trekken ter land, ter zee of in de lucht – denk aan dolfijn-spotting, surfen, duiken, skydiven, mountainbaken wandelen langs de ‘levadas’ onder aanvoering van Lawrence English of domweg door de tuin van een bananenboer, zoals de Gonzo (circus)-crew – is eenzaam zijn hier eigenlijk geen optie. Eerder een plaats om nieuwe vrienden voor het leven te maken. Wat we dan ook deden!
En het zou niet onverstandig zijn om het kleinschalige karakter ervan te kunnen blijven behouden. Dat laat ook genoeg tijd en ruimte voor Rosen en zijn team – hosts par excellence om de hele logistiek ervan tot in de details te verfijnen.
Je hoeft immers bij aankomst vrijwel nergens meer naar om te kijken. De chauffeur van het hotel komt je ophalen bij de luchthaven en zo’n 35 kilometer verder – na een beetje misselijk geworden te zijn in de vele bochtige tunnels van het autosnelwegnetwerk op Madeira – kom je bij het hotel waar alles even netjes is geregeld. Alle info ligt klaar op het bed van je strandhotel, er zijn excursies (voor wie wil) en s’avonds verzamelt het publiek bij de ingang van het hotel om – als ware het een schoolreisje – op de bus te stappen richting auditorium. En nadat je de bodem van je caipirinha hebt ontdekt, zoek je een plek in de zaal.
Contrasten
Twee contrasterende optredens per avond, vier dagen lang. Dit jaar bestond het hoofdprogramma uit Joana Gama & Luis Fernandes, Aaron Dilloway, Lawrence English (die in de dagen erna ook nog een field-recording trip organiseerde), Suga/Transflora, Julianna Barwick, festivalrevelatie Tomaga, Christina Erl, Derek Shirley & Pierce Warnecke en Tony Conrad.
De eerste avond zorgden Joana Gama & Luis Fernandes en Aaron Dilloway voor de grootst mogelijke muzikale tegenstelling. Afwisselend bespeelde Joana Gama de piano en de geprepareerde pianosnaren met haar vingers, paardenharen en andere artefacten en haalde Luis Fernandes geratel, gerikketik en gekraak uit een batterij elektronische instrumenten. Op de achtergrond wisselden beelden als uit een stomme, zwart-wit film – denk aan het visuele werk van Marcus Fjellström – en live-projecties van de prepared piano elkaar af. Zo bouwden Fernandes en Gama aan een eigen soundtrack bij een live film. Overigens moet je bij ‘prepared piano’ en hedendaags klassiek niet meteen aan het zeemzoete van Haushka denken. Eerder aan spel dat midden hield tussen John Cale en Mark Hollis. Sommige bezoekers vonden te weinig eenheid in deze subtiele performance, maar het eindoordeel moet toch zijn dat ze een balans vonden in de set waarbij het puur akoestische dat langzaam werd aangevuld met elektronische klanken.
Daarna was het de beurt aan het brute maar humoristische geweld van Aaron Dilloway (Wolf Eyes, zie GC#70). Met zijn 8-track recorder en analoge synths produceerde hij een geluid van orkaansterkte en zocht hij de grenzen op van de fysieke haalbaarheid in het auditorium op – te hard voor vele bezoekers die zich vroegen of het echt wel nodig was. Want zijn performance begon zacht en zalvend – ergens tussen Dean Blunt en Lichens – om over te gaan in een gierende Zuidpoolstorm met Aaron Dilloway als een hevig gesticulerende kapitein – met contactmicrofoon in de mond grommend – op een zwalkend schip. Er werden nog radiosignalen uitgezonden maar uit de op hol geslagen machinekamer – met Dilloway nu als Jack Nicholson zelve – kwam uiteindelijk alleen nog een hysterisch gekrijs zoals dat van een baby. Moeilijk te zeggen of het echt goed was, wel indrukwekkend en theatraal.
Dreunen
Dag twee was minder contrastrijk, maar beide performances overtuigden ons en het publiek. Eerst mocht Lawrence English aantreden. De labelbaas van Room40 – dat in 2015 ook 15 jaar bestaat en dat zal vieren met optredens in Gent en Dordrecht eind januari – dwaalde tijdens het gehele festival over de rotsen bij de kust en door de bergen van Madeira, gewapend met zijn camera (check @room40shots op Instagram) en opname-apparaat. Het zou ons dan ook niet verwonderen als de zachte golvende geluiden aan het begin van zijn performance field recordings uit Ponta do Sol zelf waren. Dat ontaardde in een heilzame ambient-drone trip met meer lagen dan Fennesz en meer – toch – dreunen/klankpulsen dan Shackleton, waarbij het hele gebouw resoneerde. Dat Lawrence English de grootmeester is van de ambient is, toonde hij onbescheiden zelf. Door een enkele lichtbron en rook te gebruiken projecteerde hij zichzelf als een larger than life 3D-versie van dr. Mabuse in de zaal.
De enige andere Portugese performance op het programma – ‘Transflora’ van Suga oftewel audiovisueel kunstenaar David Ventura uit Lissabon – was even subliem. De beelden – van bloemen – liepen perfect synchroon met het geluid zodat er sprake was van een perfecte morfing van beide. Ook ruimtelijk zat het goed met geluid waarbij abstracte klanken en pulserende beats elkaar afwisselden en samenkwamen in een overdonderend slotakkoord. Hopelijk is Suga gauw eens te ondergaan in Vlaanderen of Nederland.
Ledematen
Een vreemde eend in de bijt op dag drie was ‘celestial ambient artist’ Julianna Barwick (zie GC#117). Met haar stem en piano bouwde ze sfeer op, vooral slaapverwekkende sfeer. Als geheel was het bovendien weinig muzikaal. Af en toe kreeg haar stem wat van de heftigheid van Zola Jesus, om daarna weer weg te zakken. Ook de visuals konden op gemengde reacties rekenen. De beelden die deden denken aan het werk van Georgia O’Keefe of Felicia Atkinson in combinatie met deze muziek werkten veeleer genderbevestigend en dat contrasteerde erg met de andere vrouwen op het festival die wel een eigen klank meebrachten.
Zoals de verbeten drumster Valentina Magaletti van Tomaga. Wat een bom! Een week eerder zagen we Tomaga al in de Amsterdamse Occii in het voorprogramma van Silver Apples waar ze moeiteloos het publiek lieten dansen. Dat was niet mogelijk in het auditorium, maar in deze setting was Tomaga even fenomenaal. De hele achterwand werd gebruikt voor enorme projecties van ledematen uit onder andere de video ‘Futura Grotesk’ van Ross Adams. De exuberante Magaletti en de verlegen Tom Relleen speelden o.a. bij The Oscillation, Shit ‘n Shine en Raime, maar dit project overstijgt de voorgaande bands. Alles zit erin – kraut, polyritmiek a la Durian Brothers, jazz, industrial en noise – en kwam eruit met enorme mokerslagen van Magaletti en de gierende analoge apparatuur van Relleen. Een staande ovatie en uitverkochte merch. En binnenkort toeren ze opnieuw in de Benelux: niet te missen!
Planten
De laatste avond – met een gehalveerde Gonzo (circus)-crew wegens onmogelijke vliegschema’s naar het winterse Madeira – is er een installatie-optreden van Cristina Ertl, bassist Derek Shirley en de vrolijke audiovisuele kunstenaar Pierce Warnecke (die wel van een feestje hield), waarbij het podium volgestouwd werd met exotische planten, waarvan vervolgens de frequentie omgezet werd naar het hoorbare gebied, resulterend in een hypnotiserende soundscape, de vervolgens overging in pulserende structuren. ‘Plants and Empire’ was dan ook compositorisch fraai in elkaar gezet.
Last but not least Tony Conrad (zie GC#85). Oude rot zijnde in het vak der minimalisme behoeft hij niet veel uitleg. Met enkel zijn viool en een slaghamer van een piano wist hij het publiek – zoals vaker – in een veeleer emotionele trance te brengen. Boven hem voor het podium was een doek gespannen, wat door een ventilator langzaam bewoog, en waar zijn schaduw door middel van een lamp op werd geprojecteerd. Het was wellicht de hele eenvoud en het analoge karakter ervan die het makkelijk maakten je er in te verliezen.
Voor de aandachtige Gonzo (circus)-lezers veel bekende namen, maar zoals verwacht leverde dit avonden van hoge kwaliteit op. Het auditorium – in het museum dat hedendaagse met traditionele architectuur vermengde – beschikte niet alleen over een mooie akoestiek, maar ook over een uitstekende PA en dito geluidsman – goedgekeurd door Tony Conrad zelve die alles meteen van dichtbij ging bekijken de eerste avond – met de gave om onze oren rood te laten oplichten. Nergens klonk het schel, en de klankkleur zat goed. Ook de keuze voor concerten waarbij het publiek zit in een donkere omgeving en dus stil is, droeg bij aan het optimaal ervaren van de muziek. Nog zo’n caipirinha bij het napraten – uitkijkend over de nachtelijke oceaan vanaf het museumbalkon – en opnieuw de bus in voor het nachtprogramma op het balkon van Estalagem, tevens thuisbasis voor vele Madeiradig-zielen.
Maanlicht
Het terras van Estalegem – op een klif – was voor de gelegenheid uitgerust met bar en podium, waar tot in de vroege uurtjes, met als enig uitzicht de Atlantische oceaan badend in het maanlicht, gefeest werd met dj’s en live optredens. Idyllisch? Ja. Hoewel de tent die er is neergepoot (het wil er wel eens regenen en flink waaien) helaas veel van al dat schoon wegnam. Ook de inrichting ervan was ronduit raar, waardoor het hele gebeuren soms niet op gang leek te komen. Het was een beetje verloren lopen.
Voor de sarcastisch uit de hoek komende Lucrecia Dalt (zie GC#115) bleek het lastig om na de knetterharde set van Suga de aandacht van het publiek voor haar hoewel versterkte, toch intimistischere muziek te krijgen. “I love conversation, but just not right now.” Waarna ze met haar gitaar dapper haar bluesy folksongs uitwaaierend over een laag soundscapes probeerde over te brengen op het publiek. Juist zij had een plaatsje in het hoofdprogramma in het auditorium verdient. Op de afterparty moesten we het overigens doen zonder Patten, die om omgekende redenen de benen had genomen.
Lee Gamble (mutsje op, zie GC #114) wist een dag eerder het publiek voor zich in te pakken: van duistere en abstracte electronische soundscapes en pulsen terwijl iedereen binnendruppelde. Herkenbare geluiden van o.a. zijn lp’s p PAN records
Heilig
De zondag was een heilige feestdag in het katholieke Ponta do Sol en de politie bracht dan ook een bezoekje vanwege het geluid dat zich als een deken over het onderliggende dorp verspreidde. En dat zorgde voor verandering in de wat afstandelijke sfeer. Het podium met monitor-speakers werd dansvloer en ineens kwam het feest los. Wat minder licht en een compactere omgeving kunnen wonderen doen. Dat gebeurde overigens niet op nuchtere maag! Elke avond wachtte alle bezoekers en artiesten een waanzinnig buffet met allerhande fijnkost, pasta’s, taarten en verse vis uiteraard.
In Portugal ben je immers aan het goede adres voor vlees én vis (minder geschikt voor vegetariërs dus). Wel eens papegaai-vis gegeten? Nou, dat kan, het is namelijk een van de vijf daghappen die we kiezen op aanraden van de immer goedgeluimde mama in het typisch Portugees visrestaurantje onder de klif van hotel Estalagem. Een uitstekend plek overigens om de overige gasten – vaak (al) vrienden en kennissen – en artiesten te ontmoeten en om de beestjes bij de naam te noemen.
Madeiradig biedt een high-end entertaining vierdaagse, de ideale vakantie voor de serieuze muziekliefhebber in een ontspannen omgeving waar je met pionier en fenomeen Tony Conrad in de sauna zit (en hem ‘s avonds loos ziet gaan op een techno-dj-set) of met Pierce Warnecke het locale drankje Poncha bij de infinity pool drinkt, een nieuwe release bespreekt met een verkouden Lucrecia Dalt of met DJ Errosmith een verse vis eet.
En film als toetje
Voor degenen die nog wat langer wensen te blijven: twee dagen na Madeiradig begint het MMIF, oftewel het Madeira Micro International Filmfestival, dat in een klein leegstaand cinemagebouw uit 1933 plaatsvind. Dagelijks twee films, dit jaar vooral in het horror en triller genre, zoals het verwarrende ‘The Babadook’, en experimentelere korte films zoals het toepasselijke ‘Paths End’ van Pierce Warnecke. De openingsavond werd opgeleukt met Anklepants en Jahcoozi, vooral bekend van het Berlijnse muziekcircuit. Tevens werd er een geluidsinstallatie gepresenteerd van een groep studenten onder leiding van Jasmine Guffond, ook wel bekend onder de naam Jasmina Machine, die hierbij hun op het eiland gemaakte oceaan opnames ten gehore brachten. Dit gebeurde door middel van vier luidsprekers die achter een wand waren opgesteld, waardoor het indirect via de muren weerklonk, waardoor het leek alsof de kust onder het gebouw doorliep, eigenlijk alsof je je op een eiland bevond. Ook al door de visuele afwezigheid van de luidsprekers zelf.
Opener was overigens ‘Biophilia’ van Björk waarmee een mooie brug werd gemaakt tussen het muziekfestival en het filmfestival. Hoe dan ook, we kijken alvast uit naar volgend jaar! De aankomst op het bevroren Europese vasteland was een lichte shock, maar de herinneringen aan Madeiradig gaan een leven mee.
Gonzo (circus) crew: Kim Laugs & Ruth Timmermans
Pictures by Gonzo (circus) crew & Roland Owsnitzki @ Votos.de – http://flic.kr/s/aHsk6XH7uM