Never Is Always

Er is bitter weinig informatie te vinden over de vanuit Keulen opererende Pablo Giw, die met trompet, zang en elektronica een album maakte dat hem vermoedelijk ook geen groot publiek gaat opleveren. Niet dat de man daar niet het talent voor heeft, maar de vraag is misschien vooral wie tot zijn publiek gaan behoren. Sommige momenten op het album hebben vaagweg iets gemeen met de trompetverkenningen van Nate Wooley of de sfeer van Colin Stetsons lyrische momenten, maar GIW stuitert misschien iets te veel van hot naar her. In de vier langste stukken, die in een take opgenomen werden, levert het de mooiste resultaten op. De circulaire ademhaling in ‘What’s Outside Isn’t There’ houdt een tijdlang de aandacht vast, net als het dollen met tot beats omgevormde plofklanken van ‘Hain’, of het rondfladderende geluid van ‘Gone’. Elders wordt er uitvoerig en weinig subtiel poëzie gedeclameerd (‘Stand on top of the world / expand horizons at will / destroy all boundaries / overcome your own fate’, wat moet je daarmee?) die een moeizaam verbond vormt met de muziek, die heil zoekt bij zwoele elektropop of een vaag clubsfeertje. Best inventief, en hier en daar herinnert het wat aan Werner Haslers geslaagde huwelijk van trompet en elektronica, maar het blijft hier al te vaak steken in probeersels en geluidjes die vooralsnog geen coherent statement maken.

tekst:
Guy Peters
beeld:
GIW_Never_Is_Always
geplaatst:
wo 21 nov 2018

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!