Maarten Schermer, redacteur, voelt zich doorgaans thuis tussen de vage elektronica maar had daar dit jaar een beetje genoeg van, dus was blij met een aantal halve metalplaten en bands die liedjes met kop en staart schreven, die hij vervolgens eindeloos draaide.
Geen idee of ze de eeuwigheid gaan trotseren, maar dit zijn de platen die dit jaar op repeat stonden. Veel dingen zijn een eind uit de buurt van mijn usual fare, drones en abstracte elektronica. Eind vorig jaar nam ik me voor weer eens wat meer liedjes te gaan luisteren. Dat lijkt niet helemaal gelukt, maar voor mijn doen zijn er een hoop platen bij die toch op z’n minst uit nummers met kop en staart bestaan. ‘winnaar’ ex eye was ook nog eens extra buiten m’n comfort zone (saxofoon, bimhuis, ja*z) maar ik bleek de geluidsstorm die het kwartet ontketent verslavend te vinden. Er was meer (bijna)metal, zoals de schemerige beats-meet-doom-scapes van The Bug vs Earth en de hemelbestormende one woman black metal van Myrkur. Twee meeslepende platen voor twee verschillende moods. Breekbaarheid van Ian William Craig, wiens laatste studioalbum ik niet super vond, maar die een schitterende liveplaat uitbracht. Toch ook liedjes, van LCD Soundsystem, dat een verrassend sterke comeback maakte (en live ook nog steeds te gek was), van Carla Dal Forno, wiens ingetogen, in de huiskamer opgenomen waveliedjes veel meer aandacht verdienen, en van Rebecca Foon a.k.a. Saltland, die geen lichtzinnige maar wel een hele mooie en persoonlijke plaat over het milieu maakte. Ik kocht een hoop techno dit jaar, maar vooral 12inches, waarvan een aantal op The Bunker NYC, waar ook Gunnar Haslam’s techno/idm/ambient album verscheen. Niet wereldschokkend, maar wel heel veel gedraaid. En tenslotte toch nog donkere drones van Constantine, wiens debuut een loodzware en indrukwekkende tocht door de Hades is.