Vandaag worden in Vooruit (Gent) de Ultima’s van de Vlaamse Cultuur uitgereikt. De Vlaamse Cultuurprijzen worden daarmee in een nieuw jasje gestoken en krijgen een nieuwe naam. Breken de Ultima’s ook met de #sowhitemale-traditie bij prijsuitreikingen of blijft alles bij het oude?
Op 2 februari 2017 werden de MIA’s 2016 uitgereikt. De bekendmaking van de nominaties zorgde voor grote beroering door het geringe aantal genomineerde vrouwelijke artiesten. Muzikant Inne Eysermans schreef een striemende Facebook-post die de mainstream media wakker schudde.
Echter niet alleen bij de MIA’s zijn vrouwelijke artiesten ondervertegenwoordigd. Ook bij andere culturele bekroningen en prijzen worden vrouwelijke kunstenaars en muzikanten systematisch over het hoofd gezien. En dat heeft vergaande gevolgen. Culturele onderscheidingen zijn namelijk een belangrijke en zichtbare vorm van waardering voor alle kunstenaars. Bekroningen genereren vaak ruime aandacht in de media; en een onderscheiding leidt vaak tot een andere bekroning en opent nieuwe deuren. Bovendien inspireren prijswinnaars jonge mensen om hun droom te volgen of talent waar te maken. Zo zien meisjes – en jongens – in de hele wereld een voorbeeld in Malala Yousafzai, Beyoncé of Marie Curie.
De discussie is niet beperkt voor Vlaanderen; en ook niet uniek tot pop en rock, ook in de hedendaagse klassieke muziek, de mediakunst en de elektronische muziek en kunst leeft het debat.
#kissmyars
Internationaal brak de controverse los rond de nominaties voor Golden Nica’s die het Ars Electronica-festival in het Oostenrijkse Linz uitreikte in 2016. Een aantal vrouwelijke kunstenaars had het helemaal gehad met de ondervertegenwoordiging bij de nominaties en uitgereikte prijzen. De groep begon niet alleen de succesvolle twittercampagne #kissmyars, maar bond ook de kat de bel aan in september 2016 met een felle open brief in The Guardian. ‘Does the Art and Technology field have a gender problem?’ Initiatiefnemer Heather Dewey-Hagborg: “As women in art and tech we are consistently under-recognised, under-funded, and written out of history. We are made to feel that our work must simply not be as good as that of our male peers, and if only we made better work we would attain the same accolades and accomplishments as they did. Last year I finally realised that this was bullshit.”
Dit noopte de organisatie om in januari 2017 met uitgebreide statistieken en een statement te komen. Deze openbare discussie leidde ertoe dat de ongelijke behandeling van vrouwen bij culturele onderscheidingen in de mainstream media werd aangekaart en zo ook weerklank kreeg bij het grote publiek.
Data
De eerste stap om een probleem inzichtelijk te maken is het verzamelen van data. #lekkertellen noemde de blog De Lezeres Des Vaderlands dit. In de muziekwereld houdt female:pressure al enkele jaren statistieken bij over onder andere de aanwezigheid van vrouwelijke artiesten op festivals. Als onderdeel van een ruimer onderzoek* heb ik gegevens van culturele prijzen in Vlaanderen en Nederland geanalyseerd. De hype van het #lekkertellen is al een beetje overgewaaid, maar het blijft een krachtige manier om op een snelle wijze zichtbaar te maken hoe groot de onevenwichtigheid is bij het toekennen van culturele prijzen. En opvallend: het maakt daarbij weinig uit of de prijs met publiek geld of met particulier wordt gefinancierd.
Vlaamse Cultuurprijs
Zowat de hoogste onderscheiding is de ‘Vlaamse cultuurprijs voor Muziek‘ die sinds 2003 door de Vlaamse minister van Cultuur wordt toegekend en wordt georganiseerd door Cultuurnet Vlaanderen. De prijs omvat een geldbedrag van 10.000 euro en een bronzen beeldwerk. Vanaf vandaag heet deze prijs de Ultima’s. Het is een prijs met veel uitstraling, waaraan ook uitgebreide media-aandacht wordt geschonken en die live wordt gestreamd. Sinds 2003 gingen 9 mannelijke muzikanten (jazz, rock, klassiek en pop) met de eer strijken en 3 organisaties. In de afgelopen dertien jaar werd geen enkele vrouwelijke muzikant genomineerd noch bekroond. In het persbericht bij de laatste prijsuitreiking werd verder geen informatie gegeven over de gehanteerde criteria. De Vlaamse administratie gaf wel inzage in de samenstelling van de jury tussen 2007 en 2015. Tot en met 2010 was er sprake van overwegend mannelijke juryleden (in 2007: 1 vrouw en 7 mannen), in 2011 en vanaf 2014 was er een paritaire samenstelling.
Muzikanten of culturele organisaties met muziek op het programma komen ook in aanmerking voor Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Culturele Verdienste. Dat gebeurde tot nu toe slechts twee keer: een keer ging de prijs naar violist en dirigent Sigiswald Kuijken, een keer naar de Vooruit.
Overigens ontvingen maar bitter weinig vrouwen deze ‘hoofdprijs’ voor ‘culturele verdienste’. Sinds 2003 werd de prijs dertien keer uitgereikt, waarvan twee keer aan vrouw en dus een keer aan een organisatie.
Bij de Vlaamse Cultuurprijs voor Beeldende Kunst lijkt de situatie gunstiger. De prijs werd tot op heden twaalf keer toegekend, waarvan vijfmaal aan een vrouwelijke kunstenaar, zesmaal aan een mannelijke kunstenaar, vijfmaal aan een mannelijk duo en een keer aan organisatie onder leiding van een mannelijke kunstenaar. Van die winnaars kwamen Anne-Mie van Kerckhoven en David Claerbout in Gonzo (circus) aan bod. Daarnaast werden nog 14 andere kunstenaars genomineerd waarvan viermaal een vrouw. Berlinde De Bruyckere moest twee nominaties afwachten voor ze de prijs in 2009 uiteindelijk toegekend kreeg.
Universitaire wereld
Een andere prestigieuze prijs is de Cultuurprijs van de Katholieke Universiteit Leuven. De Cultuurprijs wordt sinds 1992 tweejaarlijks geschonken aan ‘een hoogstaand en vernieuwend levend Belgisch kunstenaar (m/v) die zich ook verdienstelijk heeft gemaakt op het vlak van vorming en/of onderzoek in de kunsten.’ De geldprijs bedraagt – door het Blanlin-Evrart-fonds gesponsord, eveneens 10.000 euro. Tot op heden werden er tien mannelijke kunstenaars, vijf vrouwelijke kunstenaars en vier organisaties bekroond. Bert Dockx van Dans Dans en Flying Horseman en het het jonge en experimentele Nadar Ensemble passen in de geformuleerde criteria, maar nog nooit werd een vrouwelijke muzikant bekroond.
Mediakunst
Een andere prijs die onze aandacht trok, was de New Technology Art Award, tweejaarlijks uitgereikt in het kader van de tentoonstelling Update_ in de Gentse Zebrastraat. Daarover schreef ik al eerder in ‘Mediakunst met de M van man‘: “Opvallend maar niet geheel onverwacht: Update_ toont en NTAA bekroont vooral mannelijke kunstenaars [… ] Even #lekkertellen in de catalogus van Update6 en NTAA5 bevestigt dit beeld. Van de 478 kunstenaars die in 2016 werk inzonden was bijna iets meer dan 60% een mannelijke kunstenaar […]. Nog nooit won een vrouwelijke kunstenaar een jury- of publieksprijs. [… ] Zoals Heather Dewey-Hagborg al aangaf: dit soort prijzen is ‘designed‘ door en voor westerse mannen. Diversiteit op het gebied van gender, geografische herkomst en culturele achtergrond is bij voorbaat uitgesloten. De bril waarmee de samenstellers en de jury ‘gewoon zijn’ te kijken, is bijziend voor de wereld anno 2016.”
Jazz & rock
Wat de MIA’s van 2016 betreft, heeft de website Indiestyle het #lekkertellen al in een mooie grafiek gegoten. Het resultaat is in één oogopslag zichtbaar: er worden nauwelijks vrouwen genomineerd. Ook opvallend: als er minder of geen gemengde gezelschappen bij de nominaties waren, ging er toch iets aandacht uit naar vrouwelijke muzikanten.
Bij de Sabam Jazz Awards, Humo’s Rock Rally en Limbomania is er nauwelijks sprake van een ander beeld. Tussen 2010 en 2016 werd de Sabam Jazz Award alleen uitgereikt aan mannen. Ook de aanmoedigingsprijs ging onveranderlijk naar jonge mannelijke talenten. In 2015 bestond de jury uit vier mannen. Opvallend hier is dat een Vlaamse en Franstalige jury elkaar afwisselen, maar dat het geen verschil maakt in de genderratio.
Voor beginnende Vlaamse bandjes uit Limburg was Limbomania een gegeerd opstapje naar het clubcircuit. In zijn twaalfjarig bestaan werd de onderscheiding echter nooit toegekend aan een vrouw.
En de ultieme 3-of-4-jongens-met-ruitjeshemden-spelen-in-een-bandje-prijs blijft natuurlijk Humo’s Rockrally. Deze door het gelijknamige blad ingestelde prijs van 10.000 euro wordt sinds 1978 uitgereikt. Daarnaast zijn er een tweede en derde prijs van respectievelijk 7.000 euro en 3.000 euro, en is er een publieksprijs van 10.000 euro, gesponsord door een bank. De hoofdprijs werd intussen twintig keer uitgereikt, waarvan nooit aan een vrouw en slechts vijf keer aan een band met vrouwelijke en mannelijke muzikanten. In de vakjury zetelde al die jaren – voor zover te achterhalen – slechts twee vrouwen, muzikante Els Helewaut en muziekjournaliste Katia Vlerick. Voor de aardigheid kijken we ook even naar de publieksprijzen, maar naast zes mannenbands en twee keer een gemengd gezelschap – niet toevallig Balthazar en Whispering Sons die nu hoge toppen scheren – werden vrouwelijke muzikanten voor zover ze de finale al haalden, niet bekroond. En dat is vreemd want sinds 1996 overschrijdt het aantal inzendingen meestal de 700 met een uitschieter in 2010 met 1002 aanmeldingen. Het zou interessant zijn om in een vervolgonderzoek de genderverhoudingen bij de inzendingen en het verloop van de voorrondes onder de loep te nemen.
Nederland gidsland?
Na een dagje #lekkertellenVlaanderen begonnen we vol goede moed aan #lekkertellenNL. Op de website www.dutchheights.nl zijn alle relevante culturele onderscheidingen samengebracht, van muziek en mediakunst tot literatuur. Het zou uiteraard interessant zijn als al deze gegevens uitgebreid in kaart zouden worden gebracht, inclusief onderzoek naar correlaties. Als bijvoorbeeld kunstenaars meer dan een onderscheiding wint, gaat het dan vooral om mannelijke kunstenaars gaat, of maakt gender op dat niveau niet meer uit en dat het gewoon zaak is van een prijs te winnen en vervolgens rustig meer onderscheidingen binnen te harken.
Uit de boot
Over een aantal belangrijke prijzen kunnen we kort zijn: vrouwelijke componisten maken tot nu toe haast geen schijn van kans. De prestigieuze ANV-Visser Neerlandia Prijs voor muziek bekroonde tussen 1956 en 2012 (de laatste prijsuitreiking) nog nooit een vrouwelijke scheppende kunstenaar. Hetzelfde geldt voor de Matthijs Vermeulenprijs: de belangrijkste Nederlandse compositieprijs, genoemd naar de in 1967 overleden symfonische componist. Het Amsterdams Fonds voor de Kunst kent de prijs jaarlijks toe. De prijs is na 2004 opgegaan in de Amsterdamprijs voor de Kunsten en in 2009 weer in ere hersteld door het Fonds Podiumkunsten. Winnaars in het verleden waren o.a. Peter Adriaansz, Michel van der Aa, Klaas de Vries en Dick Raaijmakers.
Waren er dan geen vrouwelijke componisten van hedendaagse muziek? Toch wel. Er zijn zelfs twee prijzen vernoemd naar vrouwelijke componisten: de Henriette Bosmans Prijs (toegekend tussen 1994 en 2011 door GENECO, Genootschap Nederlandse componisten) en de Tera de Marez Oyensprijs die sinds 2000 onregelmatig wordt toegekend. De eerste bekroonde ironisch genoeg alleen mannelijke componisten, bij de Tera de Marez Oyensprijs is de verhouding 50/50: in 2002 ging de prijs naar de Griekse Calliope Tsoupaki en in 2009 naar Natalia Dominguez-Rangel. Ook voor de De Elly Ameling Prijs – vernoemd naar de Nederlandse sopraan – vielen vrouwelijke muzikanten tussen 2000 en 2012 telkens uit de boot. De laatste gelauwerde was Jochem Paap of Speedy J., waarna deze prijs opging in de Cultuurprijs Zuid-Holland.
Gaudeamus
Tot slot nog de Gaudeamus Muziekprijs. Deze werd sinds 1957 al 53 keer toegekend, waarvan – als we goed hebben geteld – slechts vier keer aan een vrouw. In procenten uitgedrukt is dat 7,5 %. De meest bekende is onlangs overleden Pauline Oliveros die de prijs in 1962 ontving. Gaudeamus deed het daarmee nog minder goed dan de vergelijkbare Kranichsteiner Musikpreis die sinds 1952 dertig keer werd uitgereikt tijdens de prestigieuze Internationale Ferienkurse für Neue Musik bij het Internationales Musikinstitut Darmstadt. Slechts 18% van de winnaars waren vrouwen. Verder onderzoek leerde dat slechts 7% van de in totaal 4409 geprogrammeerde werken van vrouwelijke componisten waren, en dat er gedurende de afgelopen 65 jaar 12 edities plaatsvonden met werk van slechts 1 vrouwelijke componist, en maar liefst 14 edities zonder werk van vrouwelijke componisten. De resultaten van dit onderzoek leidden tot GRID: een denktank rond genderevenwicht en diversiteit binnen het Internationales Musikinstitut Darmstadt.
Criterium: man
Als we naar pop, rock en jazz kijken is de situatie in Nederland ook niet echt rooskleurig voor vrouwelijke muzikanten. In de 35 keer dat de Boy Edgar Prijs, vanaf 2011 de VPRO/Boy Edgar Prijs, werd toegekend, ging die slechts driemaal naar een vrouw. Dat is 8,5%, dus nauwelijks afwijkend dan de Gaudeamus Prijs. De Edisons Award Oeuvreprijs die sinds 1971 onregelmatig wordt uitgereikt aan uitvoerende populaire artiesten – van Boudewijn de Groot tot George Michael – heeft blijkbaar als belangrijkste criterium dat je een überhaupt een man moet zijn.
De Grote Prijs van Nederland – in 1983 ingesteld door onder andere Oor en Vara – vormt voor veel Nederlandse muzikanten nog altijd een springplank naar het grote publiek. Als talentenjacht is het vergelijkbaar met Humo’s Rock Rally. En precies als bij die laatste bestaat de jury vooral uit mannen: de verhouding was in 2016 5 mannen en 1 vrouw. Als we de winnaars in de categorieën bands en singer-song onder de loep nemen, valt het op dat in rubriek band bijna alle winnaars mannelijke bands waren (17, tegenover 2 gemengde bands en 1 band met alleen vrouwen) terwijl in de categorie singer-song 11 van de 20 winnaars vrouwen waren. Wat zeggen deze data over de stereotypering van vrouwen? De Popprijs Buma Cultuur geeft een nauwelijks gunstiger indruk met over de afgelopen 31 jaar drie vrouwelijke winnaars en vier gemengde bands als winnaar waaronder Bettie Serveert (een band met een vrouwennaam, dat dan weer wel).
Kunst+Techniek: ook alleen voor mannen?
Omdat we onze oren niet konden geloven, wierpen we toch nog een blik op de Witteveen+Bos Kunst+Techniek-Prijs die veel mediakunstenaars (soms ook actief in muziek) bekroonde die de afgelopen jaren in Gonzo (circus) aan bod kwamen. Ook hier tekent zich hetzelfde patroon af: in de afgelopen vijftien jaar werd de prijs slechts twee keer aan een vrouw (een modeontwerper en een beeldend kunstenaar) toegekend en aan het Amsterdamse kunstenaarsduo Driessens & Verstappen. Het enige lichtpuntje is de Theodora Niemeijer Prijs die sinds 2012 tweejaarlijks uitsluitend aan een jonge vrouwelijke kunstenaars wordt gegeven en waarvan mediakunstenaar Sarah van Sonsbeeck de meest bekende is.
Apart of unisex?
Moet de muzieksector aparte prijzen in het leven roepen om de zichtbare erkenning van vrouwelijke kunstenaars – en ook andere minderheden – te versterken? In de literatuur zijn dit soort awards er, maar daar worden de kritische vraagtekens bij geplaatst. Het zou de ‘ghettoïsering’ van vrouwelijke kunstenaars in de hand werken. Een kritiek die ook gehoord werd naar aanleiding van de categorie beste mannelijke en beste vrouwelijke artiest bij de MIA’s.
Zijn unisex categorieën dan de oplossing? MTV heeft in elk geval bij de MTV Movie & TV Awards de aparte categorieën geschrapt. Toch leidde dat ook meteen tot kritiek: het aantal genomineerde vrouwen op het totaal per categorie was namelijk opnieuw erg laag. De verklaring: op alle andere niveaus in de muziek – en bij uitbreiding de entertainmentwereld – is er sprake van genderonevenwichten en daar zou eerst een ‘level playing field’ tot stand moeten komen.
Discours
Schokkender dan de cijfers is het nonchalante discours in de verantwoording. De reacties op het geringe aantal vrouwelijke genomineerden/bekroonden variëren van: ‘ik zie het probleem niet’ tot ‘we doen ons best maar… ‘. Daarna volgt meestal een van de twee standaard excuses: ‘voor ons telt alleen de kwaliteit’ of ‘er zijn niet genoeg vrouwelijke artiesten’. Of de combinatie: ‘er zijn niet genoeg vrouwelijke artiesten die aan onze kwaliteitseisen voldoen’.
Fuik
Gerrit Kerremans, hoofd muziek van de VRT en verantwoordelijke voor de MIA’s, stelde in De Morgen van 3 januari 2017: “Ik denk niet dat mannen alleen op mannen stemmen.” Maar dan moet je wel op een vrouw kunnen stemmen en daar loopt de werkwijze van de MIA’s mank. Ik klap wellicht uit de biecht maar stemmen voor de MIA’s is als een fuik inlopen. Als professional mag je kiezen uit een longlist. Die lijst is al flink voorgesorteerd op witte mannen. Je kunt ook zelf artiesten voordragen uit een lijst op de Kunstenpunt-website, maar dat is technisch omslachtig. Zelf had ik het uit frustratie bijna opgegeven. En op de lijst staan alleen albums die de organisatoren hebben bereikt via de mainstream kanalen. Uitgaven via bandcamp, in eigen beheer, van netlabels, kunstzinnige uitgaven en bij niet in Vlaanderen breed gedistribueerde labels ontbreken vaak. En laat nu juist vrouwelijke artiesten nog altijd minder toegang hebben tot de mainstream kanalen. De stapels cd’s die we dagelijks ontvangen bij Gonzo (circus) leveren daarvan het bewijs.
Talent
In het hoger vermelde artikel op Indiestyle werd ook aangehaald dat meer meisjes dan jongens aan een muziekopleiding. Daarnaast zou het interessant zijn om zicht te krijgen op de genderverhoudingen bij het aantal ingezonden demo’s, bij ‘commissions’ , in talentenjachten en wat optredens in het ‘jeugdhuizencircuit’ betreft. Het zou verbazing wekken als de verhoudingen in deze fase ook zo scheef zouden zijn. Uit onderzoek in de literaire wereld naar ingezonden manuscripten blijkt immers dat de verhoudingen in de fase voor het uitgeven veel evenwichtiger zijn.
En talent is er in overvloed in Vlaanderen. De bril van Gerrit Kerremans – witte man iets ouder dan ondergetekende – blijkt hier een beetje beslagen: “Maar wie had er dan wel genomineerd moeten worden? Ik mis Noemi Wolfs, maar verder denk ik dat de jury niemand over het hoofd heeft gezien.” Een uitspraak die meteen gelogenstraft werd door andere media. Indiestyle schudde een reeks sterke namen uit de mouw, en in De Standaard (13/01/2017) kwam ook Nick De Leu met een lijstje fantastische vrouwelijke muzikanten.
En wij doen ook onze duit in het zakje met ’Debris’ van Annelies Monseré (‘vintage Monseré volgens onze recensent Benjamin van Vliet) of Miaux (‘Uitstekende plaat, waarbij een mens zich afvraagt waarom Prce nog geen soundtracks op haar palmares heeft staan’, aldus Stijn Buyst) niet ontbreken en is Astronaute/Myrthe Luyten (‘Een prachtig volwassen en rijk geluid’, aldus Benjamin van Vliet) een stevige ‘contender’.
Succesvol?
Naast deze focus op de mainstream muziekindustrie is ook het begrip ‘succesvol’ problematisch. Dit werd ook door Inne Eysermans aangehaald in haar blogpost. Slaat dit op de ‘critical acclaim’ of op verkoopsuccessen, publieksbereik en astronomische fees voor concerten? Welke verwachtingen worden er met deze term gecreëerd in de Vlaamse muziekwereld, en met name bij de gepassioneerde maker die nu misschien nog in de marge ‘succesvol’ is maar bijvoorbeeld over vijf of tien jaar deel zal uitmaken van onze canon? Die durvers zoals Inne Eysermans – een artiest in her own right is en dus veel meer dan dat ‘meiske van Amatorski’ – vallen nu buiten de boot want ‘critical acclaim’ of pionierswerk zijn alvast geen criteria. Integendeel.
Op sterk aandringen van een MIA-projectmedewerker stelden we een resem ‘alternatieve’ namen voor. Helaas haalden naast onze vrouwelijke nominees Yves de Mey (die internationaal een van de meest bejubelde elektronische muziekalbums van 2016 uitbracht), de wereldwijd geroemde jonge jazzmuzikant Joachim Badenhorst, drone-veteraan Dirk Serries (geef hem die Life Time Achievement Award nu!), CVHE of zelfs Dans Dans ook niet de shortlist met hun nieuwe albums.
De jury’s van pop- en rockmuziekprijzen bestaan aldus grotendeels een steeds kleiner wordende inner circle van mannelijke journalisten en cultuurbobo’s die met hun bijziende bril op in hun comfort zone blijven en de snelle veranderingen in de maatschappij niet oppikken. Dat staat in schril contrast met de BBC die voor hun Sound of 2017-lijst kozen voor een diverse, ‘urban’ en frisse blik met o.a. Nadia Rose.
Kwaliteit?
Voor mijn volledige onderzoek heb ik veel meer prijzen voor muziek, mediakunst, elektronische muziek en kunst geanalyseerd in binnen- en buitenland. Uit het hele onderzoek komt een helder patroon naar voren: vrouwelijke kunstenaars worden nauwelijks genomineerd en bekroond.
Een structurele achterstelling van vrouwen in het veld op alle niveaus, zelfgenoegzaamheid, gemakzucht en een old boys network in cultuur en media zijn net als de vage definitie van het begrip ‘succesvol’ aan te duiden als oorzaken.
Waar het echter mis gaat is het het hanteren van een stereotiepe mannelijke bril en een stereotiepe mannelijk ingevulde definitie van ‘kwaliteit’. Welke vooroordelen, ingesleten patronen zitten er in je hoogst persoonlijke definitie van kwaliteit als jurylid? ‘Kwaliteit’ wordt immers gemakkelijker herkend als iets dat gemaakt is door een ‘peer’ (leeftijd, sekse, … ) of past binnen een brede consensus. Als de jury dan alleen mannen of de criteria eenzijdig of stereotiep zijn, blijft het toekennen van culturele onderscheiding #sowhitemale.
Hopelijk heeft de jury van de Ultima’s zich dit jaar met open vizier zich van haar taak gekweten en geluisterd naar wat resoneert in de samenleving. En dat de ‘beste’ moge winnen.
Naschrift
De laureatenlijst van de Ultimas 2016 die op 13 juni 2017 werden uitgereikt laten zien dat het ook anders kan. Niet alleen werd een zeer divers gezelschap onderscheiden maar lag de inhoudelijke nadruk sterk bij soms nog onbekende organisaties die op hoogstaande kwalitatieve manier werken aan vernieuwing en inclusiviteit.
*Dit onderzoek vond plaats in het kader van een residency in Kulttuurikaupilla in II (Finland) met de steun van Tandem. Het onderzoek maakt deel uit van een breder opgezet onderzoek naar gender en muziek dat later wordt gepubliceerd.