Het trio Kleefstra/Bakker|Kleefstra heeft zijn domicilie in dezelfde omstreken waar ook Machinefabriek zich ophoudt. De gebroeders Jan (teksten en stem) en Romke (gitaar en effecten) Kleefstra hebben diverse samenwerkingen op hun naam staan. Met genoemde Machinefabriek, met basklarinettist Gareth Davis, met Sytze Pruiksma. In alle gebieden waar de Kleefstra’s rondwaren, verstrijkt de tijd in een ongehaast tempo. Aanzienlijk trager nog dan de muziek van Brian Eno, waar hun werk verwant aan lijkt. De toon wordt gezet door het gitaarwerk van Romke: eindeloze, breed uitwaaierende velden van resonantie; dichte wolken, waar soms nieuwe samenklanken, hoge tonen en weidse bassen uit opdoemen. Luisteren naar zijn klanken is dolen door muzikale mist, die weldadig droog en warm aanvoelt. In Anne Chris Bakker heeft hij een ideale klankbroeder gevonden. Gezamenlijk verdichten ze op ‘Dize’ de gonzende wolk nog verder. Voor het oor is nauwelijks uit te maken waar de een begint en de ander ophoudt, zozeer zijn ze vervlochten. Dit muzikale weefsel vormt de ondergrond waarop Jan Kleefstra in het Fries zijn dichtregels voordraagt. De muziek versterkt de mystiek die in de regels besloten ligt. De woorden hangen op het randje van herkenbaarheid. Ook met de vertaling ernaast blijft de betekenis van de gedichten iets waar je vergeefs de handen op probeert te leggen. Dat is zeker het geval in ‘Spilsieke rein’, waarin Kleefstra het gedicht oprekt door woorden om te wisselen. Zijn voordracht wint nog aan kracht doordat hij zijn intonatie onderdompelt in de wolken die de gitaren om zich heen spinnen. Zijn woorden verlaten bedachtzaam zijn mond, meegedragen op de stroom van de snaren.
Het album ‘Dage’, dat het trio net een paar maanden eerder uitbracht, schildert een lichtere klankwereld. De gitaren zoeken het hogerop. Het lijkt of de zware gordijnen opengetrokken zijn om zonlicht door te laten.