Een nieuw album van Avey Tare en Panda Bear, het dolle New Yorkse duo dat vorig jaar de indiewereld verraste met maar liefst drie albums. Herinnert u zich Spirit Theyre Gone Spirit Theyve Vanished, Danse Manatee en Here Comes The Indian nog? Vergeet die maar. Sung Tongs slaat een andere weg in. De freefolknoise uitspattingen van de vorige albums zijn ingeruild voor hallucinerende folkliedjes met zelfs een poppy randje. Het duo heeft zich gewenteld in de mierzoete popliedjes van Brian Wilson, de folkpop van Simon & Garfunkel en de psychedelische folktrips van The Incredible String Band. Liedjes die zijn gemaakt voor het strandzand. Onder een neergaande zon dansen de twee rond een kampvuur met een gitaar in de ene hand en sambaballen en trommels in de andere. Liedjes als Leaf House, The Softest Voice en Good Lovin Outside demonstreren prachtig de nieuwe wegen die de twee bewandelen. Zachte samenzang met op de achtergrond akoestische gitaartokkels. In de verte een trommel, altijd in harmonie. Dat is het grote verschil met de vorige albums, de harmonie druipt ervan af terwijl op eerdere albums juist chaos een belangrijke spil was. De meligheid van liedjes als Who Could Win a Rabbit , We Tigers en Whaddit I Done had achterwege mogen blijven maar wat doe je eraan, Animal Collective gaat zijn eigen weg. Ze streken neer op een verlaten strand, staken een pretsigaret aan en kwamen terug met Sung Tongs. Zo is het gegaan en wij mogen ervan genieten.