Thuis luisteren we naar de muziek van New Yorker Daniel Givens, maar je kan hem evengoed bezig zien achter de draaitafels in een club. Of zijn fotos gaan bekijken in een kunstgalerij. Waarschijnlijk heb je wel een plaat in je collectie waaraan zijn naam verbonden is als producer. Je kan hem verder gaan bekijken in een kunstencentrum voor een spoken-word performance. Muzikaal interessant is zeker zijn Chicagoconnectie via het Art Ensemble waarin hij samenwerkt met Jeff Parker (Tortoise, Isotope 217), Fred Lonberg-Holm (Flying Luttenbachers) en Doug Scharin (Him, Rex, Codiene). Veel van deze namen vind je dan ook terug op zijn debuut Age uit 2000. En kenners voelen het al komen, vrije Jazz is dan ook één van de parameters in zijn muziek, evenals dub, hiphop en elektronica. Maar het draait bij Givens niet om een genre. Zijn muziek is simpelweg uniek. Een referentie die een beetje opgaat, is het donkere werk van Tricky, ook iemand die eigengereid zijn weg bewandelt. In hoofdzaak gaat het bij Givens om zijn dichtkunst die hij voordraagt op de deprimerend slepende tonen van moderne grootstadblues. Onheilspellend, eenzaam, mistroostig, vreemd, niet alledaags, maar mooi. De gedroomde soundtrack voor de verfilming van het boek Een Ander Land van James Baldwin. De sfeer die de tragische levens van zijn figuren in de marge van de kunstenaarsgemeenschap in een onbarmhartige grootstad oproepen, is door te trekken naar de sfeer die Dayclear & First Dark uitademt. In die mate zelfs dat het album wat te eenzijdig donker is uitgevallen. Wat meer schakering had gemogen. Maar iemand die doet wat hij voelt, zonder compromissen, die het zich niet gemakkelijk maakt, verdient respect.