Andrew James Brooks is pas 22 jaar, maar hij heeft nu al twee veelbesproken albums op zijn naam staan. You, Me And Us was een paar jaar geleden een houseklassieker die hem ook nog remixes opleverde voor onder anderen Outkast en Scissor Sisters (niet dat dat laatste nou per se een compliment is, trouwens). Red Tape brengt hem in verband met een andere grote naam, Matthew Herbert, omdat het album is uitgebracht op zijn Soundslike label. De zelfbenoemde invloeden van Brooks reiken ver, en gaan van Joy Division tot Fleetwood Mac en van Steve Reich tot PJ Harvey. Van laatstgenoemde Man-size staat op dit album een gedurfde coverversie; Brooks buigt het vanuit vrouwelijk perspectief gezongen nummer over onderdrukte vrouwelijke seksualiteit om in een mannelijke variant. En muzikaal wordt het ook een heel eigen nummer.
Ook Roxy Music wordt geëerd, het meest direct in het nummer Roxxy. Het album is voornamelijk opgenomen in Derby, de stad waar Brooks woont, maar hij is ook naar Neurenberg getogen, om in een door krijgsgevangen gebouwd amfitheater geluiden op te nemen. Nee, Brooks is niet bepaald over één nacht ijs gegaan.
Toch overtuigt Red Tape me niet helemaal: de muziek is bij vlagen te glad (zeker, in de zang), te voorspelbaar op de wat gemakkelijke dansvloer gericht. Het eerder genoemde Roxxy bijvoorbeeld, lijkt wel erg op Soft Cell. Maar ik ben de eerste om toe te geven, dat dit vooral een kwestie van smaak is. Red Tape is ongetwijfeld een goed album, maar niet voor mij, die over het algemeen van muziek houdt die wat meer ontregelt.