Twee citaten in deze film van Michael Gramaglia en Jim Fields vatten het verhaal van de Ramones perfect samen. Het eerste is van Rob Zombie (White Zombie): trends kwamen en gingen, maar de Ramones waren altijd daar. En de in 2001 overleden zanger Joey Ramone (echte naam Jeffrey Hyman) legt de vinger op de wonde met pioniers verdienen nooit de volle glorie. Hiermee wordt de tragedie van de Ramones treffend geformuleerd. Toen ze nog bestonden en dat was toch een tijdspanne van 22 jaar- nam iedereen ze voor vanzelfsprekend. De Ramones waren er altijd. Elk jaar stonden ze wel op een festival. Iedereen vond ze goed, ze werden bedolven onder de complimenten, maar verkochten nauwelijks platen. Om te overleven, moesten ze continu blijven toeren. Ook al was de echte begeestering al verdwenen op het einde van de jaren 1970. The End Of The Century vertelt in tegenstelling tot de documentaires Raw en Were Outta Here- de volledige kroniek van de band; encyclopedisch en chronologisch van het prille begin in Forest Hills, Queens (New York) tot het bittere einde in 1996. Het grote verschil met die andere twee films is het gegeven dat Gramaglia en Fields veel aandacht besteden aan de complexe intermenselijke relaties binnen de groep. De profielschetsen die worden gepresenteerd zijn eerlijk en daardoor niet altijd even fraai. Zo vernemen we dat het bestaan van de groep steeds gepaard ging met moeilijkheden. Iedereen die ooit in de band speelde -en dan vooral de kernleden Joey, gitarist Johnny (John Cummings), bassist Dee Dee (Douglas Colvin) en drummer Marky (Marc Bell)- bleek een dysfunctionele persoonlijkheid te hebben of op zijn minst gebukt te gaan onder een aantal psychologische kwalen. Joey is voortdurend ziek, komt uit een gebroken gezin, is haast ziekelijk verlegen en vertoont compulsief gedrag. Johnny is dan weer een ontzettend moeilijke, ultraconservatieve, Republikeinse en zelfs ronduit reactionaire persoonlijkheid. Tot zijn twintigste omschrijft hij zichzelf als een regelrechte delinquent. Tegelijkertijd is hij de manager binnen de groep. Hij bepaalde als een dictator de strategie en het imago van de band. Hij besliste ook wie eruit werd geflikkerd en wie mocht blijven of terugkeren. Spelen in de groep is een job. Wanneer hij bovendien met het liefje van Joey aan de haal gaat, slaat de relatie tussen Joey en Johnny om in withete haat. En dat bleef het ook tot hun beider dood. Vijftien jaar lang hebben ze geen woord meer met elkaar gesproken, ook al zaten ze voortdurend op elkaar gepakt in een kleine toerbus. Dee Dee was de junk, de hustler, maar ook de belangrijkste songschrijver. Hij is diegene die met de groepsnaam op de proppen kwam. Drummer, medeoprichter en producer Tommy (Tom Erdelyi) wordt na het derde album Rocket To Russia (77) vervangen door Marky. Wanneer deze laatste meer en meer kampt met alcoholproblemen wordt hij vervangen door Ritchie (Ritchie Reinhart). Op zijn beurt slaat die na vijf jaar ontevreden de deur achter zich dicht om vervangen te worden door Marky. De laatste vervanger is C.J. (Christopher John Ward) die na Brain Drain (89) tot de finale de bas overneemt van Dee Dee. Al die negatieve energie en onderlinge spanningen leverde niettemin voortdurend ijzersterke songs op. Omdat ze vaak geen andere keuze hadden, speelden de Ramones in Amerika doorgaans in afgelegen plaatsen en het was pas na hun vertrek dat er plaatselijk nieuwe bands werden opgericht. The Replacements, Black Flag, The Cramps, Dead Kennedys of Bad Brains zijn bijvoorbeeld allemaal begonnen na het bijwonen van een Ramonesconcert. Wanneer de Ramones in 1976 de oversteek naar Engeland maken, steken ze ook daar de lont aan het vat, beamen Glen Matlock (de originele bassist van The Sex Pistols), wijlen Joe Strummer (The Clash) en Captain Sensible van The Damned in koor. Het desastreuze Amerikaanse avontuur van The Sex Pistols pakt echter ook nadelig uit voor de Ramones, die geassocieerd worden met het wangedrag van de Britten. De jaren 1980 luiden het begin van het einde in, niettemin verschijnt het definitieve studioalbum Adios Amigos uiteindelijk in 1995. Om aan te tonen wat de Ramones echt hebben betekend, worden ook in deze film collega muzikanten voor de camera gehaald. De getuigenissen van onder meer producer Rick Rubin, Debbie Harry en Chris Stein (Blondie), Thurston Moore (Sonic Youth), Lars Frederiksen (Rancid), John Frusciante en Anthony Kiedis van The Red Hot Chili Peppers en Kirk Hammett (Metallica) bevestigen wat we al langer wisten, namelijk dat de geschiedenis de Ramones ooit zal classificeren als één van de invloedrijkste Amerikaanse rock-n-roll bands ever.