Net nu je dacht dat ze aardig voorspelbaar begonnen te worden komt het duo White met een album vol sluimerende paranoia ineens bijzonder verrassend uit de hoek. Het typische White Stripes geluid leek leek na Elephant wel erg voorspelbaar te worden en in tegenstelling tot de oprechte ruwheid van De Stijl zat die laatste vol met popgevoelige, voorgecalculeerde ruwheid waar de kartelrandjes wel erg snel van af sleten. Op Get Behind Me Satan ontdekt het duo het kleurrijke wonder dat psychedelica heet. Wat niet wil zeggen dat de retrostomp verdwenen is, single Blue Orchid en Red Rain rocken oldschool White Stripes stijl maar over het algemeen is dit psychedelische blues in zijn meest minimale vorm. De eerste seconden van The Nurse zijn misschien wel de spannendste in het hele White Stripes oeuvre. Een spookachtige marimba (!) melodie, Whites cryptische raadsels en de plots oprispende gitaar- en drumsuitbarstingen tekenen voor zowel het spannendste als het meest experimentele en uitdagende White Stripes nummer ooit. Het speels simplisme van My Doorbell en de bitterzoete spielerei van Little Ghost vormen het juiste tegenwicht. Get Behind Me Satan is vooral een album dat draait om akoestische paranoia, de gitaren worden slechts sporadisch ingeplugd en prikkelen niet met vette riffs maar eerder met felle stroomstootjes, schel en geniepig. Dat is voor de doorsnee fan misschien een teleurstelling, voor de liefhebber is het meer dan een overwinning.