Ooit stopte een opgefokte Christophe Demarthe (ex-Clair Obscur) smurfen in de Goelag, maar als Cocoon blijft zijn geweld beperkt tot titels en verwijzingen naar Georges Bataille (zie Gonzo 69). Althans, zo lijkt het tien tracks lang. We horen zweverige loops, knuffelzachte software, enkele geïntegreerde defecten en stemsamples. Net wanneer we, tevreden spinnend, onze ogen sluiten barst de hel los. Catkiller is een gemene brok electropunk waar T.Raumschmiere een puntje kan aan zuigen. We zijn nog niet helemaal bijgekomen als we opnieuw tegen de grond gekegeld worden door het fijnzinnige stukje poëzie Youre Shit. We staan al op twee verkeerde benen, en worden verder in verwarring gebracht door stijlvol artwork dat maar half bij de sound past. Kortom, we houden wel van deze eigenzinnige valstrik. De kans dat de eerbiedwaardige gonzolezer ons teleurstelt wanneer we vragen om één hit van The Grief op te noemen, schatten we op honderd percent. Misschien is de titel een Franse vorm van humor? Zoiets als blanken met een zwartgeverfd gezicht, of covers van KISS? The Grief past in geen enkel hokje en moet het in de jaren 1984-1992 stellen met een statuut van eeuwig buitenbeentje. Jammer, want gespreid over twee cds wordt voldoende bewezen dat deze groep op alle fronten (we bedekken KISS even met de mantel der liefde) over bijzondere talenten beschikt. Van electrowave over funk en ritme-experimenten tot jazzinvloeden: The Grief beheerst het allemaal. We hopen dan ook van harte, zonder Franse ironie, dat de strakke electro van Le Quart D’Heure het alsnog tot hit schopt. Een pijnlijke grimas siert ons gelaat tijdens de verplichte beluistering van .01..05. van het duo Heller. We horen vervelende harddiskpiepknor plus laptopgeneuzel van dertien in een dozijn, en laten ons niet omkopen door de mooie verpakking. Ten huize (pv) worden immers interessantere klanken geproduceerd wanneer we een kop soep opwarmen (één minuut en vijf seconden) in de microgolfoven.