Mogen we even Uw aandacht; Codiene, Come, Pullman, Manta Ray, The Willard Grant Conspiracy, Steve Wynn, Karate en andere, nu gij weer. Een rijtje bands dat nog niet compleet is waar Brokaw in speelde, oprichtte of van zijn dienst gebruik maakte als drummer of gitarist. Op zijn gastenlistje voor Incredible Love prijkt dan ook schoon volk, Kevin Coultas (Rodan), Jeff Goddard (Karate), Matt Kadane (Silkworm), en nog een paar. Ja, je wordt het beu, en veel knallende namen maken per definitie geen goede plaat. Maar bij Brokaw valt alles op zijn plaats. Het is een broeierig album waarop hij nog eens durft te rocken. Maar ook de ingetogen postrockkant komt aan bod en het zijn stuk voor stuks songs met een hoofdletter. Een cd die zijn kwaliteiten als gitarist onderstrepen. Kortom, in alle eerder aangehaalde bands is hij toch min of meer slechts een onderdeeltje en nu komt hij beter naar voor. Een klasseplaat vol eigen nummers en een cover van Suicide (I Remember). Ja en het blijkt dat we voor deze recensie onze favoriete plaatjes van afgelopen maand bijeen hebben gespaard. Mercelis opende recent voor John Parish op eigen Kempische bodem. Maar wij herinneren ons toch vooral veel te zatte avonden in parochiehuizen rond Turnhout waar hij geregeld speelde nadat hij het in 1992 schopte tot in de finale van Humos rock rally. Een paar jaar nadien bracht hij zijn debuut plaat The Hopes And Dreams Of A Drunk Punk uit. En nu, bijna tien jaar later blijken wij niet de enige te zijn die wat stiller geworden zijn. Mercelis geeft alles de ruimte op Western Union. Niks overhaast doen, alles zijn tijd laten en het in één keer goed doen. Het kan aan ons liggen omdat we pas Pink Moon van Nick Drake ontdekt hebben maar de basis van de songs zijn vergelijkbaar. Met weinig middelen een maximum aan resultaat trachten te bekomen. Maar Mercelis mikt er hier en daar toch wat extras tussen; een accordeon, kermis orgeltje of saxofoon. Dit zonder overdaad, ingebed in de songs om ze hun extra sfeer te geven. Western Union, is kaal, surrealistisch soms en onbehaagelijk mooi. Als afsluiter een debuut EP met vijf nummers van de hand van onze Spaanse held Abel Hernández. Hij is de frontman van Migala en is ook actief binnen Emak Bakia. Solo laat hij zich kenmerken door een verscheiden aanpak. Het sterk visuele van Migala ontbreekt volledig. De ene keer houdt hij het minimaal, enkel een gitaar of piano en zijn wat hese stemgeluid, de andere keer zij het overweldigende arrangement met blazers en koren. De vijf nummers klinken dan ook verschillend, de ene keer neigt het naar dompige jazz, dan overheerst de traditionele singer songwriter traditie tot zelfs melancholische wals. Een EP die naar meer smaakt al hopen we dat dit niet het einde van Migala is want daarin is Abel tot op heden toch nog het best.