Waarvoor algemeen gevreesd werd, is geschied: Briskey kan op zijn recentste langspeler de verwachtingen niet inlossen. Enkele jaren geleden bracht Gert Keunen, de drijvende kracht achter Briskey, met ‘Cucumber Lounge’ een leuke, licht verteerbare dansplaat uit. Briskey opereert daarbij zowat tussen Buscemi en Sven Van Hees’ Svengali Squad in: uptempo nummers, stuk voor stuk opgebouwd uit talrijke uiterst zorgvuldig getimede samples en nog eens extra versierd met jazzy live-instrumenten (akoestische bas, trompet, saxofoon). Waar vroeger de kleurrijke instrumentatie nog fris aandeed, loopt de productie nu regelmatig te vol. Daarenboven klinken de nummers op ‘Scarlett Road-House’ te receptmatig. Talrijke tracks hebben veel moeite de aandacht van de luisteraar vast te houden omdat Briskey steeds hetzelfde trucje herhaalt – in die zin onderschat de band de luisteraar. In wezen verschilt ‘Scarlett Road-House’ niet bijzonder sterk van Briskey’s vorige uitstapjes, doch door gebrek aan evolutie na drie jaar halen ze het niveau van hun debuutalbum bij lange niet. Uiterst jammer, want het had zoveel leuker kunnen worden.