Het gloednieuwe Kröthenhayn, een onderafdeling van Monitorpop, gaat van start met deze wonderlijke heruitgave van de titelloze debuut-lp (1982) van het Berlijnse Die Tödliche Doris, een trio performancekunstenaars uit hetzelfde nest als Einstürzende Neubauten. Voor de gelegenheid werd hun album -een eigengereide mix van staalpercussie, messcherpe gitaren en hysterisch cabaret- door twee vrouwelijke doventolken op een verder lege bühne uitgevoerd. Muziek en stem worden getransformeerd tot louter tekens en beweging. Ambiguïteit was het handelsmerk van dit buitenbeentje van de Neue Deutsche Welle, een marketingterm waarvan ze zich overigens met hun conceptuele flair en intense antimuziek van meetafaan dissocieerden. Geniale Dilletanten, inclusief bewuste spelfout, noemden ze zichzelf. Het bijhorend manifest was van de hand van Doris-voorman Wolfgang Müller. Zoals bij Bargeld en co speelt de schizofrene metropool Berlijn, een kapitalistische enclave achter het IJzeren Gordijn, een hoofdrol in hun oeuvre. Doris luistert naar punk én Throbbing Gristle maar houdt ook van dada en het collagewerk van Kurt Merz Schwitters. Voor hen is popmuziek een kunstproject, een laagdrempelige en uitermate kneedbare expressievorm. Zo werd hun vierde album Unser Debut (1985), bewust toegankelijk en poppy (de westerse pendant), tegelijk opgenomen met het één jaar later verschijnende, experimentele Sechs (de Ossi-kant). De perfect gesynchroniseerde tracks kunnen door luisteraars worden samengevoegd tot een virtueel vijfde album, metafoor voor een herenigd Duitsland. Groepsleden houden zich ook bezig met video en grafische vormgeving en zijn o.m. vertegenwoordigd op prestigieuze kunstenfestivals als Documenta in Kassel of de Parijse Biënnale. Deze gelimiteerde en luxueus uitgegeven dvd bevat ook een recent, verhelderend interview met Müller.