Waaraan echte tangomuziek moet voldoen, daarover verschillen de meningen nogal. Zo wordt wijlen Astor Piazzolla door de één als een meester van de tango nuevo (de nieuwe tango) beschouwd, terwijl de ander hem simpelweg ziet als iemand die weinig met echte, oorspronkelijke Argentijnse tangomuziek te maken heeft. Hetzelfde wordt wel beweerd van het vanuit Parijs opererende Cuarteto Cedrón, al was het maar omdat naast de onmisbare bandoneon (familie van de accordeon) de akoestische gitaar een hoofdrol speelt in de muziek van dit kwartet. Al het gezeur terzijde, heeft het Cuarteto Cedrón met ‘Elogio’ weer een klein meesterwerk afgeleverd. En werk dat de traditionele weemoed van de tangomuziek goed tot leven brengt – zelfs op de vijf stukken (van de vijftien) waarop gitarist Juan Cedrón zich van zijn kwartetleden ontdoet en samenspeelt met drie andere gitaristen. Op twee stukken klinkt er geen kwartet, maar een octet met veel strijkers. De teksten die Juan Cedrón zingt zijn overwegend van de Argentijnse dichter Homero Manzi – voor mij wat te hoogdravend, maar wel typische tangoteksten over liefde en dood. Voor de liefhebber zijn de teksten in het oorspronkelijke Spaans bijgesloten in Franse en Engelse vertaling.