Hang On To A Dream

Compilaties en reissues zijn een beproefde methode om een sputterende carrière (opnieuw) aan te zwengelen. Gelukkig zijn er ook voorbeelden van releases die beide uitgangspunten combineren en minder plat opportunistisch zijn. Zo is ‘Virgin Pulses’ van de Duitse met de opvallend Franse naam Geneviève Pasquier -één van de zeldzame vrouwen in het industrialwereldje overigens- een samenraapsel van obscure vinylsingles en bijdragen aan compilaties op onder meer Steinklang en Disorder plus de volledige ‘Virgin Thoughts’ lp uit 2003. Niet iedereen beschikt tegenwoordig over een platenspeler; een initiatief als dit is dus een prima voorbeeld van hoe het wel kan en hoort. Pasquier, die haar roots heeft in het industrial project Thorofon kan haar verleden duidelijk niet verhullen en schippert bijgevolg tussen industriële elektronica, noise, electro (à la Suicide) en avant-garde pop. Wat haar enigszins onderscheidt van de gekende stalgenoten, is haar opmerkelijke stem die het beste van Jayne Casey (Pink Industry) en Cosey Fanni Tutti (Chris & Cosey, Throbbing Gristle) combineert.In afwachting of ter voorbereiding van een echte soundtrack brengt Volker Kahn elk jaar een album uit vol dromerige en melancholische elektro-akoestische parels. Zelf noemt hij het elekronische kamermuziek. Na ‘Places’ (’04) en ‘Megrim’ (’05) is ‘Hang On To A Dream’ zijn derde soloalbum nadat hij en Gabor Schablitzki beslisten om Beefcake (tijdelijk) in het vriesvak te stoppen. Filmische ambient vloekt bij Kahn echter niet met (zachte) breakbeats, zoals hij treffend illustreert in de openingstracks en her en der verder op de cd. Ronduit somber wordt het vanaf ‘Defeat’ waarin de ijselijke klaroen ons terugbrengt naar de hoogdagen van The Klinik; en die donkere sfeer houdt dan een hele poos aan. Naar het einde toe waagt hij zich in ‘You Don’t Know Me’ zelfs aan een cheesy Pink Floyd-persiflage. Met de epische grandeur van een grote Hollywoodproductie sluit de titeltrack het album ten slotte in absolute schoonheid af. (www.kattoo.de) Als Panacea produceert Mathis Mootz voornamelijk snoeiharde drum ‘n’ bass; zijn alterego M2 (Squaremeter) reserveert hij voor meer experimentele elektronica. Sinds hij het werk van Lustmord leerde kennen, is voor Mootz naar eigen zeggen een complete nieuwe wereld open gegaan. Die invloed was bijzonder hoorbaar op zijn vorige ‘Aswad’ en ook op ‘Nyx’ domineren onheilspellende drones en schrille soundscapes. In vergelijking met het oeuvre van de meester zelf vallen de acht tracks echter veel te licht uit Er gebeurt namelijk veel te weinig en als er al iets gebeurt, wordt het eindeloos herhaald

tekst:
Gonzo (circus)
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!