I Am The Antipop

De gespierde en vol getatoeëerde Noor Bjørn Berge heeft een nieuwe plaat uit, zijn achtste alweer, waarop we ook nu, net zoals op het podium, de combinatie gitaar/ruwe stem/ritme te horen krijgen. Of gedetailleerder gesteld: een akoestische 12string gitaar, een stampende voet en een bariton om u tegen te zeggen. Op het podium brengt Berge geregeld niet voor de hand liggende covers, liedjes die hij transponeert naar zijn eigen, door fjorden omringde, bluesuniversum. Veel van die nummers haalden tot nu toe het plastiek niet, maar Berge besloot daar iets aan te doen en vult meteen een volledige cd met covers. Hij zette de nummers zo erg naar zijn hand, dat het toch wel enkele tracks duurde alvorens we door hadden dat we hier met covers van doen hebben. Het is een prestatie op zich, al moet gezegd dat we zelf niet alle originele nummers tot ons erfgoed kunnen rekenen. En Berge brengt de liedjes met verve én humor. ‘Suck My Kiss’ van Red Hot Chilli Peppers bijvoorbeeld is tegelijk heftig, grappig en bluesy. En er staan er nog zo op, want Berge kiest vooral rockklassiekers om door de mangel te halen. Openen doet hij met de bommenregen van Rage Against The Machine (‘Testify’), en verder moeten Led Zeppelin, Bonnie Raitt, John Campbell, Audioslave, Morphine en Primus eraan geloven. Sommige makkelijk te herkennen, andere dusdanig naar zijn hand gezet dat het goed is dat we worden meegedeeld dat het om een cover gaat of we zouden het nooit hebben geweten. Doorgebroken in 2002 met de briljante schijf “Illustrated Man’ en zijn status bevestigend met ‘St. Slide’ uit 2004 zal Berge met dit coverschijfje ongetwijfeld nog meer zieltjes weten te winnen. Benieuwd welke tatoeage hij voor deze plaat heeft laten zetten.

tekst:
Patrick Bruneel
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!