Het vermelden van folk in de titel van een zoveelste compilatie is voldoende om de haren onmiddellijk te doen oprijzen, temeer omdat het merendeel van dergelijke compilaties meestal maar weinig om het lijf hebben. Voor de verandering eens geen weird maar wel urban folk, volgens het begeleidende boekje wil de term een uitgebreider alternatief zijn voor de zogenaamde New Yorkse anti-folk beweging, grotendeels geconcentreerd rond het Sidewalk Café waar het iedereen vrij staat deel te nemen aan open mic sessions en waar ook bijvoorbeeld mensen als Beck debuteerden. Afgaande op wat er hier gepresenteerd wordt gaat de muziek meer richting uit van de, soms naïeve, doe-het-zelf benadering van melodieuze popmuziek, waarbij teruggegrepen wordt naar voorgangers en outsiders pur sang als Jad Fair (Half Japanese), Daniel Johnston, The Frogs en Calvin Johnson (Beat Happening). Allen zijn dan ook present op deze compilatie, naast nieuwe namen als Kimya Dawson & Jeffrey Lewis, Prewar Yardsale en Double Deuce. Zij brengen hun eigen idiosyncratische interpretaties van wat popmuziek kan zijn en daar zijn vaak een al dan niet gestemde akoestische gitaar en stem al voldoende voor in hun vaak verhalende songs.