Uit Austin, Texas komt hij, John Schooley. En primitieve rock-n-roll is nog steeds zijn ultieme passie. Dat was al zo met zijn band The Revelators, die hun werk uitbrachten op het roemruchte Crypt, en net zo goed van het ondergewaardeerde Hard Feelings (Gearhead, Dropkick, Sympathy For The Record Industry). Hij speelde daarenboven twee jaar aan de zijde van RL Burnside, dus het verwondert niet dat het solowerk van deze man een beetje in de lijn zit van Burnside, vooral dan van het fantastische An Ass Pocket Of Whiskey, dat Burnside opnam met Jon Spencer Blues Explosion. We horen niet alleen onversneden rock-n-roll maar ook doorwrochte blues zoals Hound Dog Taylor en Howlin Wolf die maakten, woedend en triest tegelijk. Blues die druipt van de haat omdat de liefde voor iemand zo onoverkomelijk groot is. Op zijn naar zichzelf genoemde debuut deed Schooley het nog allemaal alleen. Voor deze opvolger verruimt hij niet alleen zijn eigen instrumentarium, zo horen we een cello in My Baby Cried All Night Long en de fiddle van gastmuzikant Possessed By Paul James, maar ook de muzikale stijl werd uitgebreid. We horen rockabilly (Hudcore), een murder ballad (The Crooked Path) en verwijzingen naar Lee Hazlewood, Lightnin Hopkins en Captain Beefheart. De eigen songs worden afgewisseld met obscure covers, die Schooley volledig naar zijn hand weet te zetten. Dit is een overtuigende portie volvette blues, rauw en vies zoals het hoort.