Tja, blijkbaar hebben ze ook bij het in extremiteiten grossierende Relapse soms een mindere dag. Hoe is het anders te verklaren dat de ondermaatse debuutschijf van Baroness aan hun catalogus werd toegevoegd? Omdat John Baizley deel uitmaakt van de band? Ja, Baizley deed ferme dingen bij Converge, Job For A Cowboy, Municipal Waste en Kylesa, maar dat is nog altijd geen reden om s mans flauwekul uit te brengen. Een ingetogen introotje vormt de aanzet voor een aantal nummers die het zwakste van Killing Joke verenigen met foute progrock uit de jaren 1970. En daar doet de spontaan opduikende brul niets aan af. Niet dat die constant aanwezig is. Grote stukken zijn instrumentaal, gaande van wat nepdub tot fingerpicking. Zoals dikwijls bij Relapse is de cd opgedeeld in 99 korte stukjes om kopiëren te voorkomen of te bemoeilijken. Bij deze schijf was dat echter zeker niet nodig, want we denken niet dat ook maar iemand het in zijn hoofd zal halen om meer mensen van het bestaan van dit onding op de hoogte te brengen. Coliseum brengt het er dan toch een stuk beter van af. Niet dat hun hardcore zo origineel is of hun schijfje niet van een absurde beveiliging is voorzien waardoor het raden is wanneer een bepaald nummer nu weer begint. Net iets meer dan een half uurtje nemen ze om te proberen ons te overtuigen. Het trio uit Louisville, waaronder guitarist/zanger Ryan Patterson (Black Cross, The National Acrobat), speelt met volle overtuiging hardcore zoals we die kennen van bands als Discharge en Negative Approach. Teruggrijpen naar het roemrijke verleden dus, in dertien felle uitbarstingen. Dit derde album, meteen ook hun beste tot nu toe, is gewoon een aardige schijf. Niets meer, niets minder.