We hebben ze gekend: mannen altijd mannen!- die lallen dat in de muziek alles al meerdere malen gedaan is. Ze hebben steevast weinig indrukwekkende platencollecties, verkiezen Zappa boven Beefheart en verwarren originaliteit met authenticiteit. Gelooft u ons: het eerste is een kunstje, het tweede doet er wél toe. Als dat soort heerschappen ook nog eens zélf muziek maakt, is het steevast van het soort dat inderdààd al een keer of duizend te veel is gedaan. We bezoeken ondertussen andere cafés, maakt u zich vooral geen zorgen. Maar we willen het met u dus over het opwindende jonge groepje No Age hebben. No Age zijn Dean Spunt en Randy Randall, twee jonge honden uit de arty skatescene van Los Angeles, die met Weirdo Rippers naar eigen zeggen de mooiste noiseplaat ooit ambieerden. Of ze daarin geslaagd zijn, is een irrelevante vraag: het siert No Age dat ze de lat hoog leggen. Weirdo Rippers is een goéie, lichtelijk verslavende plaat groepjes uit de provincie die zich afvragen waarom ze wééral niet in de Gonzo besproken zijn: wij waren aan onze tiende luisterbeurt van Weirdo Rippers bezig met vaak onverwachte wendingen en combinaties die op papier onmogelijk lijken, maar in de praktijk wonderwel werken. Zo switchen Randall en Spunt binnen één nummer (Every Artist Needs a Tragedy) bijna achteloos van atmosferische snelweg-ambient – Fennesz zonder manieren – naar zoemende tweeakkoorden-punk waarvan zelfs The Ramones zich een nanoseconde lang zouden hebben afgevraagd of het misschien niet té poppy was. My Lifes Alright Without You begint dan weer als een slordige jam van Sonic Youth met een ingetogen Black Dice om te besluiten als een ongemeen catchy fuzzrocker die Daniel Johnston zonder blozen aan zijn oeuvre zou kunnen toevoegen. Op Everybodys Down, drapperen ze achteruitgespeelde opnamen over hun punk met zòveel panache dat het wel lijkt alsof ze ervan overtuigd zijn dat het de allereerste keer in de muziekgeschiedenis is, dat zoiets gedaan wordt. Dàt soort opwindend-arrogante attitude. Het staat ze nog ook. Wij weten alvast welk groepje we in de nabije toekomst van heel dichtbij in het oog gaan houden.