Op één april 1977 werden in Londen de grenzen van de moeilijke muziek verlegd. Multi-instrumentalist David Toop en lichaamskunstenaar Nestor Figueras haakten hun arsenaal blaasinstrumenten aan de diverse objecten van percussionist Paul Burwell (Bow Gamelan Ensemble) in een live improvisatie van dik veertig minuten. Het optreden werd op cassette opgenomen en nog datzelfde jaar in zijn meest eerlijke vorm (geen correcties, geen maskeringen van publiek, omvallende instrumenten of andere stoorzenders) op lp geperst. Zelfs voor de oren van 2009 blijft het resultaat op deze cdheruitgave grensverleggend. Het drietal balanceert tussen pure musique concrète en Oosterse rituelen. Het veelvuldig gebruik van hondenfluitjes cimbalen, gepijnigde stemmen, de alarmerende klank van ijzer op ijzer, en lichaamspercussie maakt ons deelgenoot in vreemde Siberische riten. Vijfhonderd moeilijke mensen krijgen de kans om dit historisch improvisatieavondje in digitale vorm te herbeleven.