We luisteren eens achterstevoren. Eerst het bonusnummer, dat niet op het hoesje staat vermeld. Een cover, een goeie. Let There Be Rock van AC/DC. En inderdaad, Red Giant uit Cleveland, Ohio rockt. Wat een cover! De Australiërs zullen vereerd zijn als er niet te veel gruis in hun oren zit. En dan hebben we het nog niet gehad over de elf songs die eraan voorafgaan. Red Giant is dan ook een vreemde band. Al twintig jaar actief en slechts aan hun vierde album toe. Zes jaar is het namelijk al geleden sinds Devil Child Blues. Al komt dat door strubbelingen tussen de groepsleden. Met de recrutering van ex-Pro-Paindrummer Eric Matthews is daar een slagvaardig einde aan gemaakt. En dat is er aan te horen. Verslavende, melodieuze heavy rock die soms een beetje doet denken aan Yob, zo zwaar komt Red Giant soms uit de hoek. Al is dat niet waar het bij Red Giant om draait. Thrash en blues des te meer, maar dan van het heel robuuste soort. Chopper is zon track, net als Never Touch The Lens. Zich traag voortslepende mokers zijn bijvoorbeeld Silver Shirley (met blazers) en Million Point Buck. Lamentations bezit dan weer een onweerstaanbare riff, zo eentje die ze ook hebben in Never Touch The Lens en Season Of The Bitch. De rauwe zang van Alex Perekrest en het hoesje dat aan Kiss refereert, maken dat het plaatje helemaal klopt. Small Stone heeft al een resem leuke, harde bands in zijn catalogus, maar met dit Red Giant hebben ze een echte klasbak binnen gehaald. Rock-n-roll!