Plots ontdekte de muziekwereld Ijsland. Naast Björk en de Sugababes mocht ook Gusgus van het wereldwijde succes proeven met ‘Polydistortion’ in 1997. Veertien jaar later zit de band niet langer onder hoede van 4AD, maar gunt het Keulense Kompakt de intussen tot een drietal uitgedunde band een maandelijkse royalty cheque. Het bedrag zal veel kleiner zijn dan wat 4AD de band moest betalen. Na de schitterende debuutjaren kwam er wat sleet op de formule en kroop Gusgus van de ene herbronning naar de andere. Hoewel de geisers in Ijsland kokend heet zijn, was er van deze temperaturen maar weinig meer te merken. Voor ‘Arabian Horse’ trok de band met de verloren dochter Urður Hákonardóttir naar de top van een vulkaan. Terwijl het daar te warm werd voor hun apparatuur, bekokstoofde de band een nieuw plan. Dit nieuw plan vertaalt zich in afgedankte trance-deuntjes, eurohouse en cheesy popmelodieën. Een gek contrast met de begindagen dat enkel op ‘Changes Come’ nog geëvenaard wordt. Er wordt opvallend duidelijk gemikt naar de radio met de popdeuntjes van openingstrack ‘Selfoss’ en ‘Over’. En moet ondergetekende echt juichen voor de durf van Gusgus om een balkankwartet in ‘Selfoss’ te verwerken? Er gebeuren ongetwijfeld veel spannender dingen op het afgeschreven doch heroplevende Tiëstosiaans Pet Shop Boys-slagveld dan hier op ‘Arabian Horse’.