Bureau B bracht al een resem platen van Hans-Joachim Roedelius opnieuw onder de aandacht en is niet van plan daar al mee op te houden. Van Dieter Moebius, wiens output minder omvangrijk is, bracht het label nog niet zo veel uit. Nochtans is hij een even belangrijke muzikant. Hij vormde samen met Roedelius en Conrad Schnitzler (Tangerine Dream) Kluster in 1969. Na het vertrek van die laatste, wijzigde de naam in Cluster. Moebius en Roedelius vormden later met Michael Rother (Neu!) het collectief Harmonia. Brian Eno, Manu Neumeier (Guru Guru), Mayo Thompson en Conny Plank stelden allen de medewerking van Moebius op prijs. In 1990 ging Moebius samenwerken met Karl Renziehausen, met wie hij een andere richting insloeg. Renziehausen maakte net als Moebius, Roedelius en Rother deel uit van de Fordt/Weser Uplands creatieve gemeenschap. Zijn grote kennis van computers en computersoftware was voor Moebius onweerstaanbaar. Renziehausen, visueel en auditief kunstenaar, trok Moebius de digitale wereld in. Samen slagen ze erin om heel funky en quasi dansbaar uit de hoek te komen, ondanks het minimalisme en surrealisme die in de muziek verweven zit. Uiteraard is het experiment nooit veraf, net als het sciencefictionsfeertje en de krautinvloeden. Trage disco zou je Ersatz kunnen noemen, niet snel en hip genoeg voor de hippe dansvloer, maar intrigerend voor de meer alternatieve benenzwaaier. In 1992, twee jaar na deel één, verscheen Ersatz II, waarop nog meer ruimte werd gegeven aan improvisatie, terwijl de afzonderlijke nummers wel korter zijn. De twee lijken hun geluid te hebben uitgepuurd en alle ballast overboord te hebben gegooid. Ascetische disco met veel machinale ritmes in de achtergrond die net geen pop is, want melodieën en harmonieën zijn er in overvloed. De evolutie van de twee muzikanten is heel goed hoorbaar, het verschil tussen de twee platen net zo goed, al liggen ze in elkaars verlengde.