Voguing And The House Ballroom Scene Of New York City 1989-1992

Voguing is een uitgesproken glamoureuze dansstijl, die in hoofdzaak de lichaamscultus van de gay scene eind jaren 1980 typeerde. Gays met Afrikaans en Latino bloed spiegelden zich aan de catwalk-iconen van toen, en verwerkten hun moves in een dansstijl die ze vervolgens kwijtkonden in de bloeiende ondergrondse house scene. Zelfs de gevangenissen van Harlem en Brooklyn waren destijds into voguing. Finaal werden ook competitieve clashes in ballrooms in Manhattan georganiseerd, waaruit kortstondig een commerciële trend werd opgepikt: herinner je Madonna’s ‘Vogue’. Niettemin wat vreemd, toch, dat een label als Soul Jazz, vooral bekend om het selecteren van vergeten pareltjes uit genres als bossa nova, afrobeat en dub, zich engageert voor deze al bij al vrij vluchtige periode van de house, waarbij een gestileerde dans bijna belangrijker werd dan de muziek. Deze sampler zoomt in op de periode 1989-1992, een tijd waarin het genre commercieel piekte, en deejays als Junior Vasquez en clubs als Sound Factory referenties waren, al zou AIDS een steeds grotere tol eisen in de ballroom scene. Toch ligt de kiem van deze dansstijl in de ballrooms van de jaren 1960 en 1970. Ook op deze selectie – er is een 3cd box met bijgaand fotoboek – is er behoorlijk veel plaats voor de disco roots, met werk van Loose Joints (‘Is It All Over My Face?’, 1980), Cheryl Lynn (‘Got To Be Real’, 1978) en Diana Ross‘ nog een paar jaar oudere ‘Love Hangover’. Die disco link hoeft niet te verbazen, want daarmee zou New York house in essentie ook sensueler blijken dan de wat hormonalere, vaak met acid kruisbestuivende Chicago variant. En ook MFSB’s veelvuldig gesamplede, uit ’73 daterende ‘Love Is The Message’ bleek met z’n onstuimige jazz breaks een dankbare voguing soundtrack. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld Masters At Work’s heftige ‘Ha Dance’, en Armand Van Heldens ‘Witch Doktor’ – uit 1994 weliswaar, toch een slordigheid in de tijdsindicatie van deze promo uitgave. Junior Vasquez’s ‘X’ en Kevin Aviance’s ‘Cunty’ waren licht subversieve voorzetten richting het brutalere hard house subgenre, en dan is er tot slot Malcolm McLaren’s ’Deep In Vogue’, een hit in 1989, en een ode aan inmiddels overleden stijliconen als Pepper LaBeija en Willi Ninja. Hun extravaganza leeft vandaag verder in de soepele gewrichten van onder meer Benny en Javier Ninja.

tekst:
Gonzo (circus)
beeld:
VariousArtists_VoguingAndTheHouse
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!