Human Woman

‘Die gekke IJslanders’ zou Mart Smeets zeggen. ‘Met hun gekke taaltje en gekke muziekjes.’ Nu weet Smeets waarschijnlijk niet zo veel van muziek, maar hij zou wel gelijk hebben. Luister maar naar Ijsland coryfee Björk of het intense Sigur Rós. Jon Atli Helgason en Gisli Galdur komen ook van het eiland in de Atlantische Oceaan. Solo zijn ze al een tijdje bezig: Galdur heeft sinds 2001 zijn eclectische project Trabant en Atli Helgason is al enige tijd in de weer met Sexy Lazer. Nu hebben ze hun krachten samengebundeld in het electro-popachtige Human Woman. Hun debuutplaat is, in tegenstelling tot het afzonderlijke werk, niet in het IJslands maar in het voor ons wat begrijpelijkere Engels. Net als veel bandjes uit de rest van Scandinavië heeft IJsland een eigen sound. Eentje die wat wereldvreemd klinkt en ongrijpbaar is. Human Woman is daarentegen wat meer naar het Europese vaste land geschoven. Hun mix van electro, pop, disco en zelfs een beetje dubstep zou met wat proppen prima tussen andere Europese dance-acts passen. Human Woman’s debuut begint met het experimentele maar tevens popachtige ‘Einn Eftir’ – een IJslandse titel, in tegenstelling tot de rest van de tekst. Goede samenzang, diepe cello-klanken en een drumpartij die licht aan Four Tet‘s ‘Love Cry’ doet denken. ‘Desillusional’ hangt vervolgens erg aan tegen de jaren ’90 house-dub-pop van Primal Scream‘s ‘Screamadelica’. Afsluiter is ‘Sleepy’, een meeslepend nummer dat tegen de diepe electro-tracks van de rest van de plaat ingaat. ‘Human Woman’ is een plaat met op elkaar gepakte electro, maar eindigt met een wijds en licht dramatisch geluid. Die gekke IJslanders toch.

tekst:
Sophie Westhiner
beeld:
HumanWoman_HumanWoman
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!