Gibi betekent lijken op of hetzelfde in het Turks, wat gelijk de vraag oproept waar Gibi dan op lijkt. De Turkse klarinettist Oğuz Büyükberber geeft zelf al een voorzetje op dit zoveelste album in rij, met een voorwoord dat gaat over goede bedoelingen, laten gaan, open en nieuwsgierig zijn, samenhang en verandering. Is allemaal van toepassing op de nummers I t/m X, alleen energie was-ie nog vergeten. Want daar ontbreekt het niet aan in zijn heftige spel, dat met weinig te vergelijken valt, dat hoekig, swingend en met veel ruimte eromheen onderzoekt tot hoe ver er gegaan kan worden. Dat varieert dan van haast folkachtige melodieën tot bijna pure noise, waar de begeleidende bas en drums trouwens van harte aan meedoen. Soms zijn de geluiden van bas en klarinet bijna niet meer uit elkaar te houden, wat wel iets zegt over in hoeverre de klankrijkdom waarvan gebruik wordt gemaakt, door de kompanen wordt opgerekt. Al 20 jaar spelen ze samen, en dat is te horen op deze boeiende luistertrip.