And Shun The Cure They Most Desire

Als paneel na paneel van het oogverblindende digipack openklapt, en de thematische introductiekoorzang uit ‘Dido en Aeneas’ (Henry Purcell) weerklinkt, zijn we vijftig seconden van deze wereld. Het contrast met de geperverteerde vetzakstem van het daaropvolgende ‘Dirty Old Men’ kan niet groter zijn. Maar we weten dat Italianen van operette houden, en in 1989 lapte Pankow ons dit grapje trouwens ook al met de dronken samenzang ‘Follow Me In Suicide’. Nadien wordt het klankmatig menens met een brede spreidstand tussen Industrial, futurepop en EBM. Vooral hoogtepunt ‘Crash & Burn’ is een hardnekkige oorwurm, die we er ooit op een betonnen dansvloer weer zullen moeten uitschudden, maar ook ‘Don’t Follow’ heeft een blijvende charme. Het moet gezegd dat Pankow hier meer dan moeite doet om een gevarieerd album af te leveren, dat je een stevige oorveeg geeft, telkens wanneer je het in één hokje tracht te stoppen. En dat geldt ook voor de zang: er wordt niet alleen gewisseld van vocalisten, maar ook van zangstijlen. Landgenoot Bram Declercq slaagt er op ‘No More Sleep’ zelfs in om ons even in de illusie te laten leven dat we naar een experimentele Depeche Mode luisteren. Zoals we bij een vorige gelegenheid al stelden, vindt Pankow het moment gekomen om zijn plaats in elektronische muziekgeschiedenis te herschrijven. Daarom krijgen nieuwkomers op de bonuscd bij de eerste persing een zestiendelige snelcursus Pankow. Oud en nieuw wordt geremixt door onder andere hippe latere generaties als Ambassador 21, Rabia Sordia en de herboren Pankow zelf.

tekst:
Gonzo (circus)
beeld:
Pankow_AndShunTheCureThey
geplaatst:
ma 5 jan 2015

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!