De frontheren van twee Nederlandse bands I am Oak en The Black Atlantic, Thijs Kuijken en Geert van der Velde, zijn samen de studio ingedoken voor deze spitep. Beide groepen opereren in het gebied van singer-songwriter, op het randje van folk en pop – een stormachtig uitdijend terrein. Ze overlappen elkaar in akoestische nummers, begeleid op gitaar en ingehouden drumwerk. Blijkbaar liepen Kuijken en Van der Velde al langer met het idee rond om hun krachten eens aan elkaar te meten. Het label waarop de plaat verschenen is, weet te melden dat ‘Black Oak’ in een vloek en een zucht gemaakt is – twee ontmoetingen en hup, de studio in. Kwestie van een paar uur werk, zo laten beide heren weten. Helaas is dat ook af te horen aan de muziek. Terwijl bij I am Oak gitaren plotseling vlammend op kunnen spuiten, en de groep graag elektronica inzet om bijzondere klanken aan het palet toe te voegen, is daar weinig van overgebleven in deze samenwerking. Het lijkt erop dat Kuijken zich gevoegd heeft naar de minder avontuurlijke muzikale wereld van The Black Atlantic, al is het natuurlijk ook mogelijk dat geen van beiden al te veel energie heeft willen spenderen aan dit gezamenlijke product. In de opening van ‘Thaw’ laten ze horen dat ‘Shelter From The Ash’ van Six Organs of Admittance in hun collectieve geheugen rondwaart. Ze hebben een veilig midden gevonden waar opmerkelijk weinig te beleven valt. “Een eik van een plaat”, wil het persbericht van het label ons ook nog doen geloven in een fatale aanval van taalhumor. Maar zo hoog hebben de aspiraties van de heren absoluut niet gereikt. ‘Black Oak’ blijft op de vlakte. Het mooiste aan deze uitgave is de hoes.