Toen enkele jaren terug Phantom In Paradise van Philipp Quehenberger verscheen, maakte de recensent van dienst zich in dit blad druk over de slordige en verknipte sound van de Oostenrijker. De slotzin Quehenberger bewijst dat chaos gewoon saai kan zijn sprak boekdelen. Ook op de opvolger Hazard heeft Quehenberger nog steeds een openstaande rekening te vereffen met zijn demonen. Hazard valt moeilijk te vatten, niet zozeer omdat de plaat ontoegankelijk zou zijn, maar veeleer omdat Quehenberger weinig richting heeft aan zijn nummers en haast verdrinkt in zijn eigen elektrorockclichés. Hazard mist vooral inspiratie telkens als de bron is uitgeput, zoekt hij gemakshalve toevlucht tot een dosis noise en gratuit lawaai en transpiratie. Ondanks een degelijk curriculum vitea, plaatwerk op Cheap, Mego Editions en Laton, vinden we nog steeds dat de muzikale huisvlijt Philipp Quehenberger weinig om het lijf heeft.