Afgelopen editie van Lowlands stond Alt-J nog voor een halfgevulde tent, maar vandaag is het vol. Prop- en propvol. Vanachter de honderden hoofden is enkel het blauwe scherm met de tekening van album ‘An Awesome Wave’ te ontdekken. De taak van het geleende Kyteman-orkest in augustus 2012 is nu overgenomen door het voltallige publiek, dan luidkeels meezingt. Na ieder nummer stijgt een majestueus gejuich op, van afmetingen die we nog niet eerder hoorden dit weekend. De vier jongens uit Leeds hadden het afgelopen jaar genoeg tijd om aan het overweldigende succes te wennen. Al bracht dat ook onzekerheid met zich mee: een nieuw album durft het kwartet eigenlijk niet aan. Het succes van ‘An Awesome Wave’ kunnen ze naar eigen zeggen toch niet overtreffen. Voorlopig houdt Alt-J prima stand met de huidige nummers. Zo goed zelfs dat deze tent wat misplaatst is: op het grote podium op het open veld was de band beter tot z’n recht gekomen. Nu moeten we maar bedenken hoe de band er vandaag bijstaat en ook het geluid is niet al te best. Maar zelfs onder deze omstandigheden weet Alt-J te boeien. Dan doe je het goed.
Michael Gira is een ijdeltuit. Even zijn grijze lokken wat naar achter en hij kan weer door. Gira is de dirigent, Swans is zijn orkest en de gitaar is zijn baton. Geen wonder: voordat Gira in 1982 met Swans begon, speelde hij in het gitaarorkest van Glenn Branca. Dat is blijven hangen. Hij is de leider en de band houdt hem nauwgezet in de gaten. Die band ademt post-punk: zwarte bloezen, oude koppen die verraden dat ze al sinds 1980 deze levensstijl hebben. Behalve dan de shirtloze percussionist. Met zijn lange haar en omhoogstaande pony lijkt hij zo weggeplukt uit Spinal Tap. Gelukkig is hij niet de echte drummer, laten we maar zeggen. Hij slaat op bekkens en blaast op een trompet of klarinet. Hij is een puzzelstukje in de langgerekte composities die soms alleen geluid voortbrengen, zonder melodie. Gira schudt ondertussen woest zijn hoofd heen en weer, vibreert zijn lichaam spastisch heen en weer als David Byrne. Een prachtige abstracte set speelt Swans. Zonder ook maar één nummer van het laatste album The Seer (2012) te spelen, laat de band ons achter in een donkere wereld met enkel een man die zijn grijze kapsel weer vakkundig naar achter strijkt.
Ook in het zwart gehuld, ook post-punk. Savages heeft goed gekeken naar haar voorgangers. De Londense band heeft haar debuut ‘Silence Yourself’ net uit en gaat als een speer. Optredens in Amerikaanse talkshows en volgende week staan de vier dames op het podium van Glastonbury. Opzwepende, boze muziek maakt Savages, met leidende baspartijen en intense zang. Dit is geen onderdeel meer van de post-punkrevival die de afgelopen jaren vijf, zes keer voorbij kwam, dit ís post-punk. Geen meezingsessies en springoefeningen als bij Franz Ferdinand en Interpol, maar crowdsurfen en een mosh pit. Toch lukt het Savages niet om de energie van het album live over te brengen. Nummers als ‘Shut up’ en ‘City’s Full’ zakken aan het einde in, verliezen snelheid. Het hoekige is er af, terwijl dat juist hetgeen is wat ‘Silence Yourself’ zo bijzonder maakt. We kunnen ook niet van een beginnende band verwachten dat ze hetzelfde teweegbrengen als oude rotten Swans, maar teleurstellend is het wel.
Podium Two is deze avond gereserveerd voor de dj. Koreless laat ons wachten. Niet op hemzelf maar op een beat waar we ons aan vast kunnen klampen. De Brit stuurt futuristische soundscapes de tent in, waar alleen een stuiterbalgeluid af en toe voor wat houvast zorgt. Vervolgens dobberen we verder in een zee van lagen geluid. Niet iedereen kan hier iets mee en men kijkt dus wat verdwaasd wat om zich heen. Geen climax? Geen stampende diepe bas? Wat is dit? Dit is Lewis Roberts en hij laat je smachten naar een beat. Gewaagd maar zijn geluidslandschap steekt zeker goed in elkaar. Toch sluit deze man af met wat grip, wat om op de bewegen en de handen op in de lucht te steken.
De Brit wordt na een uur verwisseld voor een Duitser. Ook Pantha du Prince doet rustig aan, maar na een kwartier is daar dan toch eindelijk het feestje waar we op hebben gewacht. Diepe techno waar die Duitsers zo goed in zijn. Zijn belletjesplaat ‘Elements of Light’, die hij samen met The Bell Laboratory maakte, laat de Duitser achterwegen, maar dat is ook niet wat de festivalganger wil. Die wil nu stampen, met de ogen dicht geluid op zich af laten komen en nog even wegzweven voor de avond voorbij is.
Gezien: Best Kept Secret Festival, zaterdag 22 juni 2013