Zet ons een muzikant voor die goeie muziek combineert met een mysterieus, ongrijpbaar imago en we zijn verkocht. In ieder geval voor een paar uurtjes, druk surfend. Soms is daarna de lol er weer vanaf, afhankelijk van de houdbaarheid van de muziek. Sean Nicholas Savage heeft ons inmiddels alweer een week te pakken. Savage is een man met snor en glad achterovergekamd haar, twee gebroken voortanden en een bezeten psychopatenblik, die aalgladde lo-fi popliedjes maakt. Stel uzelf Jandek voor die zichzelf heeft voorgenomen dat hij Bryan Ferry wil zijn. Hij past mooi in de lijn van artiesten als Ariel Pink, Grimes en Nite Jewel, die allemaal de mainstream popmuziek van jaren 1980-artiesten gebruiken voor wazige retromuziek. Maar Savages aanpak zet hem apart: zijn liedjes zijn zowel enorm onbeholpen als verdomd aanstekelijk, en hij brengt ze met zo’n bezetenheid en fanatisme dat van ironie beslist geen sprake kan zijn. Met veel gezucht en gekroel brengt hij teksten als ‘Like a grave growing daisies/You were so sweet and crazy’ en ‘Just like a baby/I want to know you from the inside out’ en een vol overgave gekreunde ‘yeeeaaah’, die in bijna al zijn liedjes terug komt. Zijn muziek zou makkelijk als een grote grap weg te zetten moeten zijn, maar toch luisteren we deze ‘Other Life’, zijn zevende plaat, nu alweer een week bijna onafgebroken. Er is zelfs al een tribute-plaat voor de man gemaakt, door artiesten als Mac DeMaro en Doldrums. Volkomen terecht!