Als we na de vernissage van ‘Human Frames’ de Altstadt van Düsseldorf binnenlopen, wordt een Afrikaanse man onderworpen aan een politiecontrole. ‘Angst esse Seele auf’, Rainer Werner Fassbinders film uit 1974 is ook anno 2011 nog actueel.
Stemmingswisselingen
‘Angst’ is ook een van de tien conditions humaines die aan bod komen in de expositie ‘Human Frames‘ die nog tot 27 juli plaatsvindt in Kunst im Tunnel in de Ruhr-stad. De idee van ‘Human Frames’ is om tien ‘menselijke gemoedstoestanden’ te tonen aan de hand van Europese en Aziatische videokunst uit de laatste vijftien jaar. De ontmoeting tussen beide continenten is echter niet beperkt gebleven tot de kunstenaars, naast stemmingen als ‘geluk’, ‘fanatisme’, ‘eenzaamheid/afzondering’, ‘begeerte’, ‘boosheid’, ‘melancholie’ en ‘waanzin’, zijn ook twee oosterse concepten opgenomen in het programma. ‘Impertinentie’ is een boeddhistisch concept waarbij de mens zich ervan bewust wordt dat imperfectie, lijden en onzekerheid inherent zijn aan zijn of haar bestaan. ‘Mono no Aware’ kan nog best worden vertaald als de ‘pathos der dingen’ of een soort ‘hypergevoeligheid ten opzichte van dingen’. Een zacht verdriet over een onbehagen doordringt de mens van tijd tot tijd, terwijl hij tegelijkertijd ook de schoonheid daarvan kan waarderen.
In Kunst im Tunnel – een ongebruikt stuk tunnel naast de bestaande autotunnel onder de Rijnoevers – begin je als bezoeker bij ‘geluk’ om te eindigen bij ‘impertinentie’. Hoewel, de kijker kan zelf een eigen parcours uitstippelen. Wil je als bezoeker van zoete melancholie via wat boosheid naar geluk, dan kan dat ook. Elke dispositie heeft zijn eigen hoekje gekregen in de duistere ondergrondse ruimte. Of voel je alleen maar boosheid – over de wereld, de bezuinigingen op kunst en cultuur, oorlog of je ex-lief, dan begin je bij woede en fanatisme, om je daarna onder te dompelen in eindeloze droefheid of op te gaan in waanzin.
Toch bedankt!
De eerlijkheid gebied te zeggen dat ‘geluk’, ‘waanzin’, ‘begeerte’, ‘eenzaamheid’ en ‘angst’ als thema het meest toegankelijk zijn. Enerzijds door de onderwerpen, anderzijds door de gekozen werken. In ‘eenzaamheid/afzondering’ zie je of ‘figuren’ die ruimtelijk beperkt worden (in een lift, in een doos) of in hun eigen hoofd, of juist in de massa, zoals in Halida Boughriets ‘Les Illuminés’ (2007), een evocatie van de de capsule die elke mens om zich heen bouwt zodra hij/zij een metro betreedt. In gedachten verzonken, vijandig, poëtisch, afstandelijk…wie het begin van Patrice Chereaus ‘Persécution’ ooit heeft gezien of de eerste twee bladzijden van Sylvia Plaths ‘The Bell Jar’ heeft gelezen, weet wat metro’s kunnen doen met mensen.
Dat brengt ons vanzelf bij het thema ‘waanzin’. ‘Copyshop’ (2001) van de Oostenrijkse videast Virgil Widrich kon natuurlijk niet ontbreken in deze collectie. Een man in een copyshop vermenigvuldigt zichzelf en ziet zijn klonen overal opduiken. Ingenieus gefilmd. Net zoals ‘Genius and Madness’ (2010) van Triny Prada. Kunnen we het genie herkennen in kinderen? Of alleen de aanzetten tot gekte? En de waanzin van de hedendaagse samenleving wordt subliem samengevat in ‘Trotzdem Danke’ (2006) van Matthias Wermke en Mischa Leinkauf. Service is in Duitsland nog een edel woord vergeleken bij de Lage Landen. Maar toch botsen Wermke en Leinkauf op de vermeende inflexibele Duitse mentaliteit. Als ze gratis en voor niets de voorruit van treinen en trams in Berlijn gaan schoonmaken, stuiten ze afwisselend op verbaasde en boze reacties. Als een conductrice denkt slim te zijn en opmerkt dat het gevaarlijk is met al die elektriciteit om ruiten schoon te maken, vragen de filmmakers zich terecht af: “Maar als het regent, ontsporen de trams dan ook?” Toch bedankt!
Oosten
Een taaiere kluif heeft de bezoeker echter aan de Aziatische gestemdheden. De veelal totaal vreemd aandoende esthetiek en onbekende onderliggende gedachtenwereld vergt veel concentratie van de doorsnee westerling. Tegelijk biedt het ons Europeanen uit het op instorten staande avondland wijze lessen. De werken in ‘Mono no Aware’ reiken ons nog enigszins handvaten aan, maar eigenlijk is de subtiliteit ervan nog slechts bevattelijk voor kleine kinderen die zonder onderscheid des dingen, maar met verwondering naar de dingen kijken. ‘Breakfast’ (2006) van Izabela Plucinska is zo’n kunstwerkje: kinderen zien details die de volwassenen verleerd zijn op te merken. En dat is zonde. Ook ‘A State of Christal’ (2010) van Joanna Reich zet onze perceptie op zijn kop, maar dan letterlijk. Zoek de vergelijking met ‘Orientations’ (2010) van Ismaïl Bahri of ‘Napoleon’ (2009) van de Japanner Taro Izumi. Mooi, maar afstandelijk. Kunnen we ons nog verwonderen over de dingen? Is het te afstandelijk of dringt het onze identiteit binnen? Echt grip kun je er niet op krijgen, maar de curatoren hebben gelukkig elk exotisme weten te vermijden. Onduidelijk is wel de staat van dienst van de videokunstenaars: zijn het one-hit-wonders of hebben ze een coherent oeuvre opgebouwd of zijn ze daarmee bezig.
Met de recente opstanden in het Midden-Oosten in gedachten is het logisch dat ‘Human Frames’ ook woede en fanatisme als menselijke geestesgesteldheid in het vizier houdt. ‘Human Frames’ is immers ook het geesteskind van het Parijse dvd-label en videokunstplatform Lowave, dat in het verleden reeds videokunstenaars uit het nabije oosten, verre oosten, Afrika en India onder de aandacht heeft gebracht. De noties van verzet en opstand zijn daarbij nooit ver weg. De dubbelzinnigheid van het hedendaagse Turkije – nog actueler na de recente verkiezingen – is tastbaar in ‘I, Soldier’ (2005) van Köken Ergun. Maar er is ook ruimte voor ironie en sarcasme, in bijvoorbeeld ‘Sophistication’ (2009) van Sarnath Banerjee. Van kruisvaarders tot Bush en Osama Bin Laden… eigenlijk zijn het allemaal ordinaire criminelen.
Maar langzaam moeten we ons overgeven aan ‘impermanence’. Ashish Avikunthaks ode aan zijn vriend die zelfmoord pleegde biedt ook perspectieven op nieuw leven. Het meest indrukwekkend zijn ‘Peach Blossom’ (2009) van Qiulin Chen en ‘Old Choi’s Film’ (2002) van Bin Chuen Choi waarin de vergankelijkheid van het leven, ons leven, pijnlijk tastbaar wordt gemaakt. De culminatie van de hele expositie ten slotte vormt ‘Earth’ (2009-2010) van de aimabele Tzu Nyen Ho. Tijdens de vernissage werd de vertoning in een performance omgetoverd dankzij de – soms te – subtiele begeleiding van de Duitse muzikant Black To Comm. Maar de Singaporese filmmaker toont zich een meester in de emulatie. Uit letterlijk knip-en-plak-werk van Géricaults ‘Vlot van de Medusa’ (1818) en het werk van Carravagio en Velasquez creëert hij een wereld die heen-en-weer drijft tussen leven en dood. Tussen vagevuur en de baarlijke duivel.
“Ne Méprisez La Sensibilité de Personne, La Sensibilité de Chacun, C’est son Génie.” Een geslaagd motto voor een uitdagende thematische expositie van hedendaagse videokunst.
Vluchten naar Düsseldorf?
Dat in Duitsland xenofobie ook een hot topic is – en ook bij de politie zich er schuldig aan maakt – is bekend. Maar toch is het publieke debat er nog niet helemaal verziekt en houdt men zich voorlopig nog verre van simplistische redeneringen. Düsseldorf bevindt zich op nauwelijks twee uur van Amsterdam en Brussel. En in tegenstelling tot de Lage Landen zijn kunst en volksverheffing er geen vieze woorden. De jazzrally lokt een publiek van alle rangen en standen naar de stad zonder dat het ontaardt in hooliganisme en culturele barbarij. Maar vooral: het is druk in de musea en terecht.
In het imposante Nordrhein-Westfalen Forum vindt tot 4 september een tentoonstelling plaats over Container Architektur. Containers zijn hot tegenwoordig, niet alleen in architectuur maar ook in festivalland bijvoorbeeld. Naast Kunst-Im-Tunnel is vooral Kunstsammlung Nordrhein-Westfalen K20 Grabbeplatz een bezoek waard. Daar is immers nog tot 19 juni een overzicht van het werk van de Duitse fotograaf Thomas Struth uit de jaren 1978 tot 2010 te zien. Zijn werk is niet makkelijk te doorgronden (waarom kiest hij telkens voor een licht gekanteld vogelperspectief en lange sluitertijden? Verknalt hij niet zo zijn eigen foto’s?), maar gelukkig voorziet het museum in een uitstekende ‘Austellungsführer‘ waarbij het Struths werk in relatie wordt geplaatst tot onder andere Mondriaan, Georg Grosz, Max Beckmann, Fernand Léger (een fascinerende foto van het inwendige van de Tokmak Adex-reactor in het Max Planck Institut), Picasso (het wonderbaarlijke portret van het echtpaar Robertson, zie foto) of Pierre Bonards ondoordringbaar impressionisme waarmee vergeleken Struths foto’s van ‘oerwouden’ in Japan, Brazilië en China een magische aantrekkingskracht uitoefenen op de kijker zonder te vervallen in het cliché van jaren 1970-behangpapier.
Wie daarna nog niet genoeg heeft, kan met een combiticket en een gratis luxe-pendelbusje ook nog naar K21 Ständehaus voor ‘Big Picture’, dat nog loopt tot 20 november. Coryfee Dominique Gonzalez-Foerster stelt ronduit teleur met drie korte films die elke richting en urgentie missen. Verder zijn Shirin Neshat en Steve McQueen de meest bekende namen van deze expositie, maar Neshats werk hier is ronduit saai, terwijl de helft van McQueens werk niet optimaal wordt gepresenteerd. Wel fris is Rodney Grahams melancholische ode aan de liefde en ook Corinna Schnitts zeer absurde pastiche die zo in een Vinex-wijk zou kunnen zijn gefilmd. Richard T. Walkers werk is te gelaagd om op een zonnige zondag meteen te doorgronden, maar gelukkig biedt zijn website uitkomst. Het gebouw zelf bevat naast de expositie ook nog kunstenaarsruimtes die je op je eigen tempo kunt ontdekken, helaas restte ons daarvoor te weinig tijd. En andere dépandance van K20 is het Schmela Haus. Daar is nog tot 17 juli ‘Appeal for an Alternative’ te zien, met werk van onder andere Jenny Holzer.
En dan nog een Geheimtip: op 2 juli opent de nieuwe tentoonstelling van de private Julia Stoschek Collectie onder de titel ‘Number Five: Cities of Gold and Mirrors. Works forum the Julia Stoschek Collection’, met werk van onder andere Gordon Matta-Clark, Tobias Zielony, Cyprien Gaillard, David Claerbout, Andro Wekua, Mark Manders en Francis Alÿs. Interessant privaat initiatief komt niet zomaar van de grond, zo blijkt. Een stimulerend Ümfeld zoals in Düsseldorf waar zowel de overheid als liefhebbers, kenners en mecenassen bijdragen tot een bloeiend en vooral vruchtbaar cultureel klimaat, bewijst het tegendeel van het rücksichtslos revanchisme van de Nederlandse overheid dat de experimentele humuslaag van de kunst en cultuur vernietigt en het land even intellectueel dood maakt als onder de meest barbaarse dictaturen. Dat je op lange termijn de nationale welvaart ten gronde richt en niets meer kunt verkopen aan een dom en verarmd volk, wordt straal genegeerd. Kom op, John de Mol & co. neem een voorbeeld aan Julia Stoscheck en redt de internationaal gewaardeerde Nederlandse mediakunst en beeldende kunst.
Human Frames, nog tot 27 juli in Kunst im Tunnel, Düsseldorf