Oneohtrix Point Never

Nadat vorige week Emeralds hun kosmische boodschap waren komen verkondigen, is vanavond Oneohtrix Point Never in Paradiso geland, as afsluiter van de eerste editie van het Indiestad-festival.

IMG 1650
Oneohtrix Point Never (foto: Ruth Timmermans)

Hoe succesvol Indiestad was, kunnen we niet zeggen, want we zagen slechts twee bands spelen. Maar als we op de opkomst vanavond af moeten gaan, vrezen we het ergste. Wanneer Daniel Lopatin, de man achter OPN, het podium betreedt, staan er hooguit tien man in de zaal. Een maand geleden overkwam ons iets soortgelijks ook al bij Demdike Stare, net als OPN een band die als vernieuwend en toonaangevend wordt gezien, als we pers en mensen in the know mogen geloven. Misschien wel zo vernieuwend dat alleen nog de early adopters het ontdekt hebben (laten we de marketing eens een keer niet de schuld geven). Gelukkig is een minuut of tien na aanvang het concert van Explosions In The Sky in de grote zaal afgelopen, zodat het bij OPN toch nog een beetje vol loopt.

Hoewel vaak in één adem genoemd met Emeralds, is OPN live een heel andere aangelegenheid. Dat blijkt meteen al uit de set up; waar Emeralds een reeks authentieke analoge synths op het podium had staan, is Lopatin voornamelijk met een laptop in de weer (“als vanouds”, zouden we bijna zeggen). En dat heeft weerslag op het geluid: in tegenstelling tot het eigenlijk nogal kale geluid van vorige week, haalt hij een gelaagde soundscape van ruis, zweverige synths, en samples tevoorschijn. Hoewel het geluid in de zaal niet overdreven hard is, staat er ergens in de keten een potmetertje helemaal open, want een groot deel van het concert klinkt behoorlijk vervormd. Mogelijk is dat te wijten aan technische problemen – een paar keer valt het geluid opeens weg, alsof er ergens kabelbreuk is opgetreden – maar Lopatin lijkt zich in het geheel geen zorgen te maken.

IMG 1674
(foto: Ruth Timmermans)

Tegen laptoppers aankijken is een kunst die we zo langzamerhand wel onder de knie hebben (geen Mac vanavond!), dus het is fijn dat Lopatin achtergrondprojecties heeft meegebracht. De beelden variëren van draaiende geometrische vormen, spacey deeltjesfonteinen tot de videovariant van vloeistofprojecties, met de kwaliteit van afwisselend een oude video-synthesizer, en het foto-realisme van eerste ray trace video’s. Op zich heeft het niet heel veel om het lijf, maar voor erbij werkt het prima. Eerder meenden we te hebben begrepen dat er een relatie tussen muziek een beeld zou zijn, maar een uur staren levert vooral een hoop blinde vlekken op.

Ergens in het midden van de set is er dan toch opeens een borrelende track die de goede oude kraut-tijden in herinnering brengt. Een aantal bezoekers die een week geleden ieder arpeggio uit Emeralds’ Moog met instemming begroette, knikken ook nu tevreden mee. Niet dat de rest van het concert niet gewaardeerd wordt, maar het gebodene is nou eenmaal anders dan wat we zouden verwachten op basis van de platen. Daar doet OPN sterk denken aan Tangerine Dream uit de jaren 1970, maar live bevindt de muziek zich in een veel minder vredig deel van de ruimte. In eerste instantie heeft het door de over elkaar heen buitelende samples wel wat weg van The Orb in hun meest gestoorde periode (‘Pomme Fritz’, ‘Orbus Terrarum’, dat werk), aangevuld met een hoop drones en dikke synthesizers. Gaandeweg ontaardt de boel verder en komen we in een minder comfortabele zone terecht, met snerpende sinus-tonen in een moeras van geluid, en waar felle lichten recht in het gezicht van het publiek schijnen. Ergens herkennen we de waanzin die ook op een enkel nummer van het laatste album, ‘Returnal’, de kop op stak. En zoals we ook in de recensie van die plaat (zie GC#98 of online) al zeiden, dat kan alleen maar goeds voor de toekomst beloven.

tekst:
Maarten Schermer
beeld:
IMG_1674
geplaatst:
vr 27 mei 2011

Nog meer nieuws krijgen over muziek en kunst?

Schrijf je in op de Gonzo (circus)-nieuwsbrief!