Vorige week vrijdag ging het Leuvense documentairefestival DOCVILLE weer van start, met een fancy receptie en vooral: een prestigieuze première.
Eén blik in de nokvolle Kinepoliszaal volstaat om te weten: de documentaire film is groot aan’t worden. En zo ook groeit de reputatie van dit festival. Wij presenteren u deze week een focus op een lukrake greep uit het rijke aanbod. Te beginnen met de openingsfilm: de nieuwe film van Werner Herzog, ‘Cave Of Forgotten Dreams’ in een exclusieve 3D-vertoning.
We moeten daar eerlijk in zijn: de 3D-hype heeft ons tot dusver grotendeels onberoerd gelaten. Na het initiële ‘wow’-effect was ‘Up’ vooral alweer een geweldige Pixar, en alle visuele flair kon niet beletten dat we ons tijdens ‘Avatar’ zouden doodvervelen. Daarmee was voor ons de kous af, en zagen we alles wat in 3D nog werd aangeboden gewoon weer netjes op een vlak scherm, en zonder bril. Kortom, de kick was er al snel af- en dan nog: een achtbaan doe je als normaal mens ook geen twintig keer op een rij. De vraag waar zelfs de beste marketingjongens geen antwoord op wisten: welke meerwaarde haal je als kijker uit de ervaring, die bovendien het ongemak van zo’n brilletje doet vergeten?
Met ‘Cave Of Forgotten Dreams’ komt hier een stevig argument uit onverwachte hoek. Werner Herzog besliste vorig jaar z’n volgende documentaire in 3D te schieten. Even leek het dat hij enkel zijn reputatie van moeilijkfilmer nog eens wilde onderstrepen. Hij kroop met zelfgeconstrueerde camera’s in de Grottes Chauvet te Zuid-Frankrijk, een stelsel waar zo’n vijftien jaar geleden muurschilderingen werden gevonden van tot 30.000 jaar oud, door de natuur in schokkend goeie staat bewaard. Herzog ging aan de slag onder strenge voorwaarden om een technisch huzarenstukje bijeen te filmen, de eerste documentaire in 3D. Niet alleen moest hij met een driekoppige crew werken die alle taken van een volwaardige technische ploeg op zich nam, bovendien was hij gebonden aan een zeer strakke tijdslimiet- om de fragiele condities in de grotten te vrijwaren.
Even hou je het hart vast, wanneer je tijdens de beginminuten wat bovengrondse panorama’s in schokkerige handheldbeelden ondergaat en nog het meest wordt herinnerd aan de gelaagde landschappen die je vroeger met een View-Master bekeek. Maar vanaf de eerste shots in de grot wordt de opzet duidelijk, en gaat de 3D een verhelderende rol spelen in het hele verhaal. We vonden het formaat altijd al beter werken in subtiele, langzame shots in close-up, en daarmee wordt hier het verkennen van de natuurlijke grot al een ervaring op zich. Heerlijk hoe de camera obsessief glijdt langs stalagmieten, verkalkte geraamtes, het spectaculaire reliëf op vloer en plafond. Herzog was tenslotte de man die ooit een onderwaterdocumentaire omturnde tot een science fiction film (‘The Wild Blue Yonder‘ uit 2006), en door zijn ogen wordt de voorhistorische grot al even buitenaards terrein.
Maar dit keer vervult de 3D nog een andere functie dan strikt visuele snoeperij. De wandtekeningen zijn zonder twijfel een revolutionaire vondst voor de wetenschap. Deze werken reiken verder dan de lucifermannetjes die we doorgaans associeren met voorhistorische rotskunst: we zien hier de menselijke artistieke gevoeligheid in volle ontwikkeling. Dit zijn niet enkel representaties van dieren en, hoogst uitzonderlijk, mensen. Hier zien we primitieve kunstenaars spelen en experimenteren met anatomie, poses, situaties- we herkennen de eerste pogingen tot een visuele vertelling. Uit de verklarende interviews met wetenschappers blijkt, dat de prehistorische mens zich duidelijk bewust was van de invloed van het reliëf en de lichtinval in de grot op de ervaring van hun kunst. En dat is ook precies wat we als kijker uniek kunnen ervaren dankzij het 3D-effect: Herzog laat de onderzoekers hun verhaal doen, maar keert dan telkens weer terug naar de rotstekeningen, om de tekeningen voor zichzelf te laten spreken met een kracht en een nuance, die in 2D lang niet tot zijn recht zou komen.
Los daarvan is deze film ook nog eens vintage Herzog, die de laatste jaren wel een zoveelste jeugd lijkt te beleven. Moeiteloos verweeft hij het relaas van het archeologische onderzoek met z’n persoonlijke stokpaardje: de eeuwige strijd tussen mens en natuur. Tijdens de interviews switcht hij fluks van een droogwetenschappelijke uiteenzetting naar de persoonlijk achtergrond van de bevraagde onderzoeker- dit keer ondermeer een voormalige circusartiest, een op rust gestelde parfumier, en een fascinerende nazaat van professor Abronsius. Herzog’s eigen ademloze commentaren zijn doorspekt met filosofische bespiegelingen en z’n typerende kurkdroge humor. Tenslotte breidt hij een hilarische coda aan de film waar hij in een onbeschaamde tangens doodleuk enkele warmbloedige reptielen in de film smokkelt- waarmee meteen de checklist voor elke Herzogfilm die naam waardig is vervolledigd. Cave Of Forgotten Dreams is de beste documentaire in 3D die we al hebben gezien, maar dat zegt niet veel, dus ook: een overtuigend pleidooi voor het bestaansrecht van de techniek.