Live elektronica blijft tobben. Meer dan eens heb ik langdurig naar iemand staan staren die wat mij betreft net zo goed verdiept had kunnen zijn in het obsessief verversen van zijn Facebook-pagina, als in de edele kunst van musiceren. En valt er bij techno nog wel wat te dansen, bij de meer experimentele acts sta je uiteindelijk toch onwillekeurig naar de klep van een laptop te staren. Zo niet bij Monolake, die, niet voor het eerst, de live ervaring verlevendigt door geluid te combineren met uitgebreide visuals. Afgelopen zaterdag deed ‘Monolake Live Surround’ Trouw Amsterdam aan, daar naar toe gehaald door soundsystem en organisator 360.
Ergens in het donker, tegenover waar in Trouw doorgaans het podium is, staat Monolake’s Robert Henke zij aan zij met de Nederlandse visual artist Tarik Barri. Beiden gebogen over een laptop, maar vanavond is er teveel te zien om ons druk te maken over welk merk het is (alsof het ooit geen Apple zou zijn). Want ‘Surround’ heeft niet alleen betrekking op het geluid, maar vooral ook op de visuals. Net als bij de ‘Container’ shows van Minus en Raster-Noton hangen aan drie kanten van de zaal schermen waarop de computeranimaties die Barri live genereert vertoond worden. De animaties en de plaatsing van de schermen is dusdanig, dat wanneer je er midden tussen staat, de suggestie moet ontstaan dat de beelden om je heen door lopen. Helaas zijn de schermen niet groot genoeg om de illusie helemaal volledig te maken – het betonnen interieur van de voormalige drukstraat blijft onontkoombaar – maar op sommige momenten sluiten de beelden en bewegingen in de ooghoeken even perfect aan met het beeld recht voor, waardoor de illusie van een enorme virtual reality-ruimte ontstaat. In die ruimte schept Barri een geanimeerd universum waarin constant veranderende objecten door een spacey achtergrond vliegen, opeens virtueel vuur op laait, en een nummer later geometrische vormen die aanvoelen als retro sci-fi over de schermen draaien. Net als de muziek moeten de visuals het vooral van de ontwikkeling in de lengte hebben, en zijn de onafhankelijke beelden niet wereldschokkend, hoewel wel technisch perfect.
Henke doet er goed aan niet alleen op te treden, want hoewel ook voor zijn performance geldt dat die technisch perfect is, schuilt daar ook het probleem in. Het is eigenlijk te perfect, te clean, en lijkt de uitkomst van een formule meer dan van de verbeelding. Misschien een gevolg van de software – Henke is mede-oprichter van Ableton, de makers van Live, waarvan ik aanneem dat hij het zelf ook gebruikt – maar waarschijnlijk gewoon zijn stijl, want ook het laatste album, ‘Silence’, leed aan bloedarmoede. Ook de muziek zou surround moeten zijn, maar al wandelend door de zaal lijkt het vooral stereo uit vier speakers. Desalniettemin is het geluid fantastisch, en als in het laatste half uur de muziek wat gruiziger wordt en de beats steviger, komt het concert pas echt van de grond. Het is tenslotte ook zaterdagavond, en verreweg de meeste mensen lijken te zijn gekomen om te dansen, en niet zo zeer voor technische hoogstandjes. Tegen het einde is er een harde, slepende track die vergezeld wordt door visuals die er uitzien als of er constant extreem wordt ingezoomd op de rafelige randen van een manga comic, een combinatie die geweldig werkt (en de jongen voor mij doet besluiten oordopjes in te doen). Meer van dat graag, de volgende keer, en dan met beeld op alle zes de wanden, kamerbreed.